Tickets
Shop
Nieuws 05 feb 2022

'Schulting kan de koningin van de Spelen worden'

Ze greep in Pyeongchang nog tamelijk onverwacht de gouden medaille op de 1000 meter van het olympisch shorttracktoernooi, maar velen zien Suzanne Schulting de komende twee weken uitgroeien tot de koningin van de Winterspelen. Het zou ook NOS-analist en voormalig shorttracker Cees Juffermans niet verrassen. “Ze kan namelijk elke afstand winnen.” Dat klinkt als muziek in ieders oren....

Foto : Eigen foto

’n Inkoppertje dan maar. Wat kan er eigenlijk fout gaan? Juffermans (40) kan scherp zijn in zijn observatie en gedachten, maar wijst na deze vraag eerst naar de keerzijde van het feit dat Schulting onoverwinnelijk wordt geacht. “Wie de sport volgt, weet hoe goed ze is. Tegelijkertijd zit alles in top altijd heel dicht bij elkaar in de buurt. Vergeet niet dat shorttrack wel een spel is. Het is gewaagd, toch zeg ik het: als Suzanne een langebaanrijdster zou zijn, zou je elke afstand kunnen invullen. In shorttrack ligt het iets complexer…”

Een penalty, een uitglijder, noem het maar op, er zijn genoeg factoren die het hele spel op het ijs in een fractie van een seconde totaal overhoopgooien. “Stel nou dat het eerste onderdeel wat tegenzit, dan kan het ook zomaar een moeizaam toernooi worden, want iedereen houdt haar in de gaten. Ik vertrouw er echter op dat ze op alles is voorbereid. Onze blikvanger in Beijing is niet op elke discipline topfavoriete, maar wel favoriete.”

Hij refereert aan de serie van vier World Cups, waarin Schulting onnoemelijk veel wedstrijden reed. Juffermans was zelf getuige van de wereldbeker in Dordrecht. “Je hoefde maar op het ijs te kijken, of je zag Suus rijden. Ik heb het een beetje nagetrokken: volgens mij had ze in twintig dagen acht racedagen, soms zeven wedstrijden op een dag. Niet even meedoen, nee, vrijwel alles winnen. Ze kan er uitstekend mee omgaan en verteert die inspanningen ook goed, dus zou het een logisch gevolg zijn dat ze hier in Beijing fitter is dan haar concurrentes. Dan is er het voordeel dat er om de dag wordt geschaatst. Dat gegeven én mijn overtuiging dat Suzanne tijdens de World Cups nog niet op de toppen van haar kunnen zat, maakt dat er vanaf zaterdag een messcherpe vrouw aan de start staat.”

Foto : Soenar Chamid

Sjinkie Knegt volgt het spoor van de kopvrouw nauwgezet. Dat concludeerde eerder deze week bondscoach Jeroen Otter al. Die roemde zijn inzet en (volledig teruggekeerde) passie. Juffermans herinnert zich de schichten van de topper die hij waarnam in Dordrecht. “Toen heb ik de Sjinkie van voor zijn brandongeluk (januari 2019) weer bij vlagen herkend. Het zit nog in hem. Als hij rijdt zoals hij daar deed moeten we hem niet à la Suzanne tot topfavoriet bombarderen voor een plak. Die status heeft hij niet meer. Het is een cliché, maar ik zie het echt zo: als er iemand het kan, is het Sjinkie.”

“Zijn wijze van passeren, de sport lezen, de ritten doorgronden, weinigen kunnen het zoals hij. Soms gaat hij tegenstanders voorbij op punten waarvan je denkt ‘ja, maar daar kun je er niet langs!’ Ik hoor mensen uit de selectie vertellen hoe hij de eerste keer nadat hij terugkeerde van die ellende met de houtkachel wegreed. Dat ging gemakkelijker dan de manier waarop andere rijders dat deden toen de zomervakantie er weer opzat.” Knegts andere voordeel zit ’m in zijn eigenschappen als flyer. Juffermans: “Het gaat om het schaatsen, niet zozeer om vermogen. Sjinkie doet het op inzicht, techniek en gevoel. Wapens die hem hopelijk in staat stellen die ontbrekende gouden medaille mee te kapen.”

In dat geval doet Knegt wat-ie wil, en past zo’n resultaat weer naadloos bij de dromen die Juffermans als jonge, onbevangen tiener had. Door stom toeval (‘een vriendje kwam bij ons op de boerderij spelen, vond een oude gitaar van mijn zus en leerde me vijf akkoorden’) raakte hij verslingerd aan muziek. Hij schreef enkele nummers die hij met een andere schoolmakker op poppodia ten gehore bracht. ‘Ik doe wat ik wil’ werd zo een blijvertje in de vriendengroep. Tot zover die geschiedenis.

“Wat gebeurde er vorig jaar? Liep ik die oude schoolvriend tegen het lijf, Robin Veldman”, begint Juffermans enthousiast. “We raakten direct weer aan de praat over onze optredens. Ik vertelde dat ik een cassettebandje was tegengekomen met ‘Ik doe wat ik wil’. ‘Daar moeten we wat mee’, reageerde hij. Robin is producer en heeft een eigen studio. Wij dus aan de slag. De coupletten van het nummer herschreven, het refrein bleef intact en de stijl – grunge – werd veranderd in pop.”

Shorttrack kan hem in vuur en vlam zetten, zijn verleden oprakelen van een jonge scholier die van plan was de wereld te veroveren, maakt de Stompwijker razend enthousiast. “Ik deed dat op mijn eigen manier. Al ben ik nooit een buitenbeentje geweest, ik dacht wel anders over dingen en daarom was ik ook gaan shorttracken. Op mijn veertiende zei ik al dat ik aan de Winterspelen van 2002 zou meedoen. Best gek als je op de middelbare school zit, toch? Dat onafhankelijke zit ook in dit liedje… “ Het brengt hem automatisch weer bij Knegt. “Die vertoont dergelijk gedrag ook, in extremis. Eigenwijs. Je kunt het wel zeggen, maar ik doe het wel op mijn eigen manier. Of: je kunt wel een grote mond hebben, maar doe het dan zelf. Het is geen ode aan hem of aan mijn shorttracktijd, maar we hebben Sjinkie wel als voorbeeld gebruikt om met zijn drieën de weg te vinden in de tekst zoals die is geworden….”

Het nummer van Cees valt hier te beluisteren: 


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan