Tickets
Shop
Langebaan 22 dec 2022

‘Het is niet mijn taak om met zoete koekjes iedereen te vriend te houden’

Ruim tweeëneenhalve maand is Rintje Ritsma bondscoach. De oogst? Vijf gouden medailles, schaatsers die afhaakten wegens individuele belangen of ziektes en een akkefietje met Joy Beune.

Foto : Soenar Chamid

Over dat akkefietje. Voor de ploegenachtervolging van World Cup 3 had Antoinette Rijpma – de Jong, naast Marijke Groenewoud en Irene Schouten vaste waarde van het team,  zich in een vroeg stadium ziek afgemeld voor het onderdeel. Joy Beune zou haar vervangen, maar was ook niet fit en haakte af. Rintje Ritsma zette zijn vraagtekens daarbij voor de microfoon van de NOS: “Ik had mijn twijfels over Joy. Ze reed toch een redelijk goede 1500 meter naar mijn mening. Dan vind ik het lastig uitleggen dat je je nu ziek meldt en toch zo’n race neerzet.”

Beune vond het verwijt onterecht en vervelend hoe het naar buiten kwam. “Het was niet helemaal het juiste verhaal. De bondscoach had niet hoeven twijfelen, want ik had in de aanloop naar de ploegenachtervolging aangegeven dat ik echt niet fit was. Hij hoefde daar niet aan te dubben en zo had het ook niet naar buiten hoeven komen. Nogmaals, aan de vooravond van de wedstrijd heb ik de bondscoach aangegeven dat ik niet helemaal fit was. De 1500 meter wilde ik graag rijden - moest ik wel rijden - om mijn punten te halen, zodat ik hoog genoeg stond in de World Cup-ranking. Alleen als ik koorts gehad zou hebben, zou ik me daarvoor moeten afmelden. De ochtend van de races had ik al aangegeven dat ik wel de 1500 zou rijden en dat de ploegenachtervolging 'm waarschijnlijk niet zou worden. De bondscoach wist hier alles van, en ik heb geprobeerd om hem goed op de hoogte te houden. Na de 1500 meter zei ik tegen de coach: 'Sorry, ik voel me echt heel slecht. Ik ga onder de douche en in mijn bed liggen, want ik ben erg beroerd.'"

"Ik heb geprobeerd om commitment te tonen door al vroegtijdig aan te geven dat ik niet 100% ben en dat hij reserve Reina zou moeten inlichten over mijn situatie. Zij zou waarschijnlijk moeten rijden. Het voelde voor de bondscoach in eerste instantie niet goed. Natuurlijk wil hij presteren met de beste schaatssters. Reina werd ingezet en na de wedstrijd heb ik met de coach het een en ander uitgesproken. Drie jaar lang wacht ik tot ik een keer mag rijden, want al die tijd ben ik al reserve. In Calgary had ik heel graag willen laten zien wat ik kan op de team pursuit en dat ik echt van toegevoegde waarde kan zijn."

'Rintje gooide me voor de bus voor heel Nederland, dat was niet eerlijk.' | Foto : Soenar Chamid

Rintje Ritsma had zijn excuses gemaakt aan Beune, maar heeft zeker geen spijt van zijn actie. “Ik zou dat nu absoluut niet anders aangepakt hebben. Door dat interview is die bal enorm aan het rollen gegaan en zijn er veel gesprekken gekomen. Zou ik het binnenskamers gehouden hebben, dan was er niets gebeurd. Door het naar buiten te brengen via de pers, verspreidt het zich sneller. Het is heel jammer voor Joy dat het over haar rug gaat, maar dan zien de schaatsers wel hoe ik erin sta. Ik kan proberen om met zoete koekjes iedereen te vriend te houden, maar dat is niet mijn taak.”

“Als Joy ziek is, is ze ziek. Maar de tijd die ze een week later reed, was ongeveer gelijk aan die race waarin ze niet fit was. De vraag is: Hoe ziek ben je dan? Natuurlijk was ze wat verkouden. Uiteindelijk is het haar eigen keuze. Maar als je de mogelijkheid krijgt om te starten, zeker in haar geval, dan moet je die eigenlijk wel aangrijpen. Wij hebben er een goed gesprek over gehad en daarin verschillen wij van mening.”

Beune en Ritsma kijken verschillend naar de situatie. Voor Ritsma was het vooral een statement naar alle rijders toe. | Foto : Soenar Chamid

Terugkijkend op zijn eerste maanden als bondscoach is Ritsma tevreden. “Het is een mooi avontuur. Nog wel veel werk aan de winkel, maar dat wisten we van tevoren. Gelukkig hoeft dat niet in enkele maanden, we hebben een paar jaar de tijd. Als ex-topsporter ben je nooit tevreden. Met de coaches moet ik proberen om tot een zo goed mogelijk resultaat te komen.”

“Commitment blijft een ding. Maar alleen in Calgary reden we met een opstelling die ik liever anders had gezien. Elk seizoen zal je zo’n wedstrijd ertussen hebben, waar rijders voor het individuele traject kiezen.” Hiermee doelt de bondscoach niet alleen op de ploegenachtervolging bij de vrouwen, ook de mannen moesten twee vaste krachten missen: Patrick Roest en Marcel Bosker.

“Bosker moest een dubbel pakken, om de quota te halen (door op de 1500 meter en 5000 meter snelle tijden te rijden, haalde hij het derde ticket voor het EK Allround binnen, red.). Ik kan me dan goed voorstellen dat een teamonderdeel erbij wat veel wordt. Voor Nederland was het belangrijk dat hij zich kon focussen op die twee afstanden. En vervolgens zei Roest dat hij voor een wereldrecord wilde gaan. Toen misten we twee motoren en moesten we het met een verzwakte ploeg doen. Beau heeft wat ervaring, maar ook niet zoveel dat hij de kar kon trekken.” Met debutanten Kars Jansman en Louis Hollaar werd Beau Snellink zesde op de ploegenachtervolging.

Ook bij de mass start van de mannen is Ritsma nog zoekend. Bart Hoolwerf nam aan alle vier  wereldbekers deel, werd derde, eerste, zestiende (valpartij) en miste eenmaal de finale (last van verstandskies). Louis Hollaar en Jorrit Bergsma zijn de andere twee schaatsers die het onderdeel gereden hebben. “Bart en Jorrit zijn het gouden duo als je Bart naar goede resultaten wil leiden. Dan moet Jorrit volledig in dienst rijden. Barts eindspurt is een van de snelste van het veld, maar hij moet nog echt een completere schaatser worden. Als je ziet wat Bart Swings kan doen om een wedstrijd naar zijn hand te zetten, dan moet Bart Hoolwerf nog wel het een en ander leren om dat ook te doen. Die groei is noodzakelijk.”

De sprint van Bart Hoolwerf is internationaal één van de beste, maar hij moet een completere schaatser worden. | Foto : Soenar Chamid

“Voor volgend jaar moet er een gedegen plan liggen, dat je uit een vaste groep rijders kan putten. Van Jorrit weten we dat hij de mass start goed kan, maar het is nog afwachten of hij de volgende Spelen er weer staat. Die potentie heeft hij zeker, maar hij komt op een leeftijd dat het voor hem lastig kan worden.” De blik van de bondscoach is dus al volledig gericht op de Winterspelen van 2026.

Twee rijders uit het marathonpeloton zullen daarom, zelfs in het post-olympisch seizoen, niet opgesteld worden. “De kans dat twee marathonschaatsers op de Spelen staan, is nihil. Je kunt ze niet allebei aanwijzen.” Daarom zoekt Ritsma binnen de poule van langebaanschaatsers. “Volgend jaar zou ik graag een 5000 meterrijder erbij zien. Bosker staat daarvoor open, ik heb met hem al gesproken.”

De mass start bij de vrouwen is geen discussiepunt, Irene Schouten en Marijke Groenewoud dicteren internationaal en hebben na vier optredens acht medailles op zak. Met Antoinette Rijpma – de Jong erbij is ook de ploegenachtervolging gevuld. Al lijkt een trio met drie vrouwen uit één team tot (meer) succes kunnen leiden. Melissa Wijfje zou dan een aanvulling kunnen zijn op haar ploeggenotes van Albert Heijn – Zaanlander, Schouten en Groenewoud.

“Ik denk dat een rijder die minder is, maar wel volledig traint met de andere twee, van toegevoegde waarde kan zijn. De individuele potentie in het buitenland is minder dan die in Nederland, maar toch scoren die teams goed. Dan zie je toch wel dat er echt op het onderdeel getraind moet worden. Daar hebben wij nog een slag te maken. Natuurlijk heeft Zaanlander een aantal vrouwen dat goed een team pursuit kan rijden. Voor dit seizoen was dat nog niet aan de orde, want ik moest het doen met schaatsers die zich geplaatst hadden op de individuele afstanden.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan