Tickets
Shop
Nieuws 23 okt 2021

Wim Romein schaatst met zijn ogen dicht nog zó naar Inzell

Ze zijn meestal onzichtbaar en koesteren de anonimiteit waarin ze belangeloos en met plezier bergen verzetten. Maar soms vangt het licht van de schijnwerpers hen, en dan is er even geen ontkomen meer aan voor de onmisbare vrijwilliger. Op de praatstoel levert dat ook nog eens prima verhalen op…. Aandacht voor een 'eeuwige' schaatstrainer uit de Betuwe.

Neem nu Wim Romein. Nog kras en zeer helder voor iemand van 74 jaar, maar niet vermeld als bekende inwoner van Dodewaard op Wikipedia, terwijl PvdA-politicus Vincent van Neerbos en Renger van der Zande die twee keer uitblonk tijdens de 24 uur van Daytona wél in de elektronische encyclopedie van internet zijn genoemd. Romein, van het gelijknamige familiebedrijf dat groot is geworden door betontoepassingen in de wegenbouw, zal er nooit om reclameren. Zolang hij op pad kan met de schaatsers uit de regio die hun hobby fanatiek beoefenen, gaat het goed. Of nog beter: als hij ziet en merkt dat zijn in decennialang opgebouwde, én belangeloos gedeelde kennis van de sport nog altijd wordt ‘gevreten’ door de hardrijders, is hij zich gelukkig.

Al zal hij het ontkennen, Wim is dé trainer van de Betuwe en omstreken. Voor jonge talenten, semi-toppers, gevorderde liefhebbers en baasjes die in de buurt van zijn leeftijd komen, geldt hij als de man van de uitgekiende trainingsschema’s en de grote organisator van de jaarlijkse schaatsweek op het ijs van de Max Aicher Arena, in de volksmond gewoon Inzell geheten. Romein is reisleider, coach, vraagbaak, intussen veertig jaar. Op 23 oktober vertrekt er weer een gezelschap dat een week lang een sportieve vakantie (jawel, mét Bonte Avond) zal beleven in de Zuid-Duitse plaats. En dat feit, zo meende schaatsmaat Piet Kieviet uit Ingen, leek hem een mooi haakje om de doopceel van Wim te lichten.

Hij kon lekker overweg met zijn stalen noren. Bij de schoolwedstrijden in Dodewaard schoot Wim áltijd over met Wouter Hoogakker. Hij was tien, twaalf, zo herinnert hij zich, en in zijn beleving kon er in die periode (1955-1960) elke winter op natuurijs worden gereden. Dat glijden beviel hem zo goed dat hij na de studie en militaire dienst lid werd van een trainingsgroepje. ’s Winters banen over de bevroren sloten en tochten, ’s zomers op last van de trainer sjouwen met niet te tillen basaltblokken. “Machtige tijden”, zegt Romein.

Wim Romein: "Dof zegt: 'Jij moet trainer worden'. Ik antwoord: Dat kan ik helemaal niet.

Een sprongetje in de terugblik brengt ons op een markante gebeurtenis. Wim genoot van het fysieke tijdverdrijf van eindeloos schaatssprongen maken gedurende de zomer, trappen oprennen bij de Grebbeberg en droogtrainingen in een gymzaal. “Dof de Jong was onze trainer. Prachtige kerel met natuurlijk overwicht op de groep. Die riep me een keer bij hem en zei: ‘Jij moet schaatstrainer worden’. Waarop ik antwoordde: Dat kan ik niet. Hij weer: ‘Dan moet je een opleiding volgen. Vraag maar aan je vrouw of ze dat goed vindt’. Dof wilde stoppen, de granaatscherven in zijn heup, een overblijfsel van de oorlog, bezorgden hem te veel last.”

Romein dubde, wikte en woog. Hij schreef zich uiteindelijk in voor de opleiding schaatstrainer, die werd gegeven op de politieschool in Amersfoort. Dat was niet zomaar een cursusje op een verloren zaterdagmorgen; nee, een jaar lang buffelen onder leiding van docenten als Pieter de Wilde, langebaankampioen Harm Kuipers en materiaalgoeroe Jaap Havekotte. De namen van twee mede-‘studenten’ schieten hem te binnen: Eddy Verheijen en Hans van Helden. “Zaten we daar de eerste dag in een klaslokaal, iedereen in een korte broek en een T-shirt, werd er gevraagd: ‘Wie wil er vijf minuten lesgeven?’ Wat deed ik, de introverte jongen die ik toen nog was? Die riep dat hij dat varkentje wel even zou wassen, hahaha. Geen flauw vermoeden dat ik vervolgens ook mocht uitleggen ten overstaan van de hele groep wat en waarom ik het had gedaan. Alsof je dat allemaal wist, zonder enige ervaring... ”

Havekotte, de man van Viking, liet in een andere les zien hoe je schaatsen moest slijpen “We hadden allemaal ons eigen apparaat meegenomen. Iemand beschikte over een geavanceerd ding, met klokje erop waarmee je de rondingen precies kon meten. Jaap moest er niets van weten. ‘Donder ’m maar in de prullenbak, want van dat soort tierlantijnen word je alleen maar aan het twijfelen gebracht', was zijn mededeling", vertelt Romein, die enorm veel opstak van de zaterdagen. Sterker nog, hij liet het niet bij een diploma. Hij wilde alles weten van periodisering, voeding, krachtprogramma’s, het palet was veel groter dan alleen de schaatsbeweging perfectioneren. Des te meer kundigheid, des te beter hij de schaatsers van de Betuwe kon scholen, was de gedachte.

Eind jaren zeventig van het vorige millennium kon de ijsclub Dodewaard bouwen op onvermoeibare mensen als Romein. Die nam het jaarrond wekelijks de leden van de trainingsgroep onder handen op sleeptouw naar de ijsbaan in Utrecht, wat later (na de komst van Triavium) in Nijmegen als pleisterplaats zou veranderen. Zij die trainden voor wedstrijden werden behoorlijk in de watten gelegd: er was een reiskostenvergoeding, de licentiekosten werden vergoed. “Totdat er gaandeweg wat gekrakeel ontstond. Verschillende mensen zagen er het nut niet van in dat zij dergelijke kosten betaalden voor anderen”, aldus Romein. “Ik kon me dat wel voorstellen. Het zou beter zijn een zelfstandige groep op te richten.”

Er was al een samenwerking met de ijsvereniging uit Rhenen waar Romein eveneens actief was. In april 1997 lanceerden enkele die hard-schaatsfanatiekelingen de trainingsgroep met de Latijnse naam Exerceo, wat 'train' betekent.. De oorspronkelijke twaalf man werden er gauw twintig, en anno 2021 telt de club 104 langebaan-adepten, van jong tot oud, met vijf trainers. Op zaterdagmorgen en dinsdagavond in de winter zijn de meesten op het ijs te vinden in hun niet te missen rood-wit-blauwe pakken. Het andere deel van het jaar staat in het teken van land-, droog- en inlineskaten. Ze schaatsen omdat het mooi is en omdat de sport verbindt. In dat kader moeten we ook de verplaatsing naar Inzell zien. “Ap Vermaanen is er ooit mee gekomen. ‘Zou het niet leuk zijn daarheen te gaan met de trainingsgroep?’, opperde hij. De eerste keer zijn er 22 meegegaan. Gelijk een doorslaand succes. Ik regel het nu voor het veertigste jaar, maar niet langer alleen. Een paar seizoenen terug heb ik een Inzell-commissie aangesteld die veel werk opknapt.”

Romein verzorgt de trainingsschema’s voor de gehele week en weet twee andere trainers naast zich. “Ik heb een paar keer gedacht ermee te stoppen, omdat het eens genoeg is, hè. Bovendien zou ik het ook weleens prettig vinden zo’n week zelf vooral te kunnen rijden.” Of hij ooit de stap zal zetten? “Ik ben er een keer mee opgehouden, toen ik 55 was. Bij mijn afscheid heb ik een ereronde geschaatst in Utrecht. Twee of drie jaar later ben ik eenkeer gevraagd een training in te vallen. Je snapt het wel: daarna zat ik er opnieuw aan vast…..”

Zal dat niet voor eeuwig zo blijven? Exerceo zonder Wim Romein, dat is schaatsen zonder trainen…


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan