Afgelopen zomer was er nog geen vuiltje aan de lucht en gaf Verweij (20) in Utrecht haar intenties prijs: ze won een landelijke inlinemarathon door de sprint van de kopgroep overtuigend te winnen. Twee weken later reed ze een sterke koers op het NK in Rotterdam, waar ploeggenoot Elisa Dul de titel pakte. Het moest haar superfit het schaatsseizoen in lanceren, maar dat liep anders.

“Ik heb net voor een trainingskamp mijn schouder uit de kom gehad en net na het trainingskamp kreeg ik een  trombosebeen en een longembolie”, zegt ze op feitelijke toon. Het is duidelijk dat ze het niet al te dramatisch wil voorstellen en kijkt vooral vooruit. “Ik had flink wat tegenslag aan het begin van het seizoen en ben nu weer rustig in de opbouw”, is wat ze er erover kwijt wil.

Zelf voor de winst gaan
In het geval van Verweij betekent ‘rustig in de opbouw’ overigens dat ze gewoon volop vooraan mee koerst. Dat ze op de goede weg is, bewees haar vijfde plek in de Marathon Cup van Haarlem anderhalve week geleden. “Het voelt wel dat er nog flink wat ruimte is voor verbetering”, zegt ze enigszins kritisch. “Maar ik merk wel dat het elke maand met stapjes beter gaat.” Hoewel ze bij de marathon in Hoorn in de bocht onderuit ging, liet ze daar ook zien dat het met ook met de mentaliteit wel goed zit. Tien ronden lang reed ze achter het jagende peloton aan, kwam er bijna bij, zag de meute weer versnellen, pikte weer bijna aan, maar moest bij de zoveelste tempoversnelling compleet moegestreden de strijd staken.

Foto: Neeke Smit

Het was dubbel jammer, want in afwezigheid van teamgenoten Irene Schouten en Marijke Groenewoud lagen er dit keer ook kansen voor Maaike zelf. Want als ze iets wil, dan is het ook zelf wedstrijden winnen. “We rijden altijd om te winnen. Als we aan de start staan rijden we voor de eerste plek. Die mentaliteit heb ik zelf ook. Het staat zeker op mijn lijstje om voor de winst te rijden en een overwinning te behalen dit seizoen. Zo rijden we elke wedstrijd en zo wordt de strategie bepaald. Dat slijp je er gewoon in.”

Mentaal goed getraind
Om de kansen op een zege te vergroten, werkt ze hard om op een groot aantal punten flink te verbeteren. “Nog wat meer tempo-hardheid, wat meer snelheid er in zodat je wat meer kan aanvallen en harder kan aankomen in een eindsprint”, somt ze op. “En nog wat tactische aspecten die beter kunnen. Zoveel ervaring heb ik nog niet. In dat opzicht zijn er zeker nog dingen om te leren."

Dat geldt bijvoorbeeld ook voor natuurijs en zeker voor de Alternatieve Elfstedentocht op de Weissensee. Maar angst boezemt zo’n wedstrijd over 200 kilometer haar niet in. “Zeker niet”, lacht ze vol zelfvertrouwen. “Bij Jillert doen we lange trainingen: een Elfstedentijdrit over meer dan 200 kilometer, lange duurritten op de skeelers, tijdritten tegen de Stelvio op. Dat zijn wel extreme, of in ieder geval mentaal zware dingen. Dan oefen je ook om daarmee om te gaan. Ik heb gewoon veel uren gemaakt, dat is niet iets waar ik tegenop zie. Ik ben voldoende getraind en heb mentaal wel voor dingen gestaan waarvan je denkt: oeh, dit gaat heel zwaar worden.

Foto: Neeke Smit

Langebaan
Haar ambities beperken zich overigens niet tot alleen de marathon, ook op de langebaan wil ze zich komend seizoen laten zien. “Ik focus me ook op de 3 en de 5 kilometer, vooral de lange afstanden. Ik heb vorig jaar als eerstejaars senior mogen proeven aan het WK Kwalificatietoernooi en heb daar mooie pr’s mogen neerzetten. Dat is zeker iets waar ik me verder op wil ontwikkelen en dan kan ik hopelijk ook richting de top van Nederland gaan.”

Het OKT is haar eerste doel, al is ze absoluut niet bezig met een eventuele plaatsing voor de Spelen. “Mijn ambitie is om daar fit te zijn en mezelf te verbeteren ten opzichte van vorig jaar. Dat is waar ik mezelf nu op focus. Als ik mezelf verbeter maak ik ook weer een stapje en kom ik dichter bij de top.”