Takagi, die vorige week tijdens het 'eigen WK' in Obihiro een baanrecord op de 1000 meter reed, was op de eerste dag van het extra ingelaste toernooi (vanwege de coronapandemie konden de Japanners weinig wedstrijden rijden) oppermachtig. Met zeges op de 500 meter (37,72) en op de 3000 meter (4.03,48, baanrecord) ging ze na twee afstanden riant aan de leiding. Op de tweede dag zegevierde ze op de 1500 meter (1.54,07) en de 5000 meter (7.05,40), beiden leverden een baanrecord op.

Bij de mannen was Shane Williamson de beste allrounder. Williamson versloeg daarmee de nummer drie van het WK Allround van vorig seizoen, Seitaro Ichinohe, die op alle vier de afstanden de mindere was van de twee. Williamson won op de eerste dag de 500 meter in een tijd van 36,17 en de 5 kilometer in een baanrecord van 6.21,73. Op de tweede dag zegevierde hij op de afsluitende 10 kilometer dankzij een tijd van 13.16,92.

Behalve de allrounders kwamen ook de sprinters in actie in Hachinohe. Yuma Murakami won de eerste 500 meter in een baanrecord van 34,67 en zag deze een dag later verbroken worden door Tatsuya Shinhama (34,43). Shinhama, die vorig seizoen wereldkampioen sprint werd, won bovendien beide 1000 meters (waarvan de laatste in een baanrecord van 1.08,78). Bij de vrouwen won Arisa Go zowel de 500 als de 1000 meters. Nao Kodaira nam geen deel aan de wedstrijd.

Over twee weken komen de Japanse schaatsers nog één keer in actie, ook dan rijden ze een wedstrijd in Hachinohe.