Het feit dateert van een kleine vier maanden terug. Blokhuijsen (32) kreeg op 28 april vroeg in de ochtend (06.35 uur) een bloed- en urinecontrole. Dat gebeurde bij hem thuis. De controleur droeg zelf mondbescherming en hield voldoende afstand van de rijder. In die setting achtte de viervoudig medaillewinnaar van de Winterspelen het niet nodig zelf ook een (volgens de regels verplicht) mondkapje te dragen.
Naderhand maakte de anti-doping-functionaris, behorend tot de internationale testpool, melding van Blokhuijsens weigering. De zaak belandde bij de tuchtcommissie, die op basis van de overtreding concludeerde dat zijn gedrag onverantwoord en onethisch was. Het leverde hem een reprimande van de ISU op, met de toevoeging dat er in geval van een nieuwe misstap een zwaardere sanctie volgt.
Blokhuijsen reageerde als volgt: "Op 3 augustus heeft de ISU mij een officiële waarschuwing gegeven vanwege het niet dragen van een mondkapje tijdens een out of competition dopingtest die bij mij thuis is afgenomen op 28 april 2021."
"Het klopt dat ik tijdens deze doping test heb aangegeven dat ik het overdreven vond om in mijn eigen huis een mondkapje te moeten dragen, tijdens een dopingtest waarbij de dopingcontroleur en ik de 1,5 meter konden aanhouden en ik geen coronaklachten had. Bovendien testte ik eerder die week nog negatief op corona; daarnaast droeg de (reeds gevaccineerde) controleur al een mondkapje."
"Ik heb mij onvoldoende gerealiseerd dat ik dit gezien de ISU-regels niet had mogen weigeren en dat de dopingcontroleur zich hierdoor mogelijk onveilig heeft gevoeld. Mijn weigering om in deze situatie geen mondkapje te dragen, betekent niet dat ik corona en de bijbehorende maatregelen niet zeer serieus neem."
"Achteraf had ik dit anders moeten aanpakken en ik accepteer de officiële waarschuwing van de ISU. Ik zal dit in de toekomst anders doen."
