Visser, die tegen Achtereekte uitkwam, reed in Thialf de beste tijd: 4.00,27. Achtereekte, die snel van start ging en daardoor in de slotfase terugviel, noteerde de derde tijd: 4.00,51. Antoinette de Jong, Nederlands kampioene op deze afstand, kon in de laatste rit net niet aan de tijd van Visser tippen en eindigde als tweede (4.00,29). Voor Visser was het vooral een hele opluchting dat ze zich plaatste.
"Ik was van tevoren heel bang dat ik me niet zou plaatsen", aldus Visser tegenover de NOS. "Het niveau op de 3 kilometer is erg hoog en daarnaast heb ik een aantal weken geleden een wondje aan m'n voet opgelopen, waardoor ik niet heel zeker was van mijn zaak. Ik weet wat ik moet doen als ik bang ben en dat is vlak rijden. Als ik me echt goed had gevoeld, was ik er harder in gevlogen, maar dat durfde ik nu niet. Gelukkig heb ik gedaan wat ik moest doen en dat was plaatsen."
Vijfvoudig olympisch kampioene Ireen Wüst, nog in de opbouw na een moeizame trainingszomer, was als nummer zes de eerste verliezer met een tijd van 4.03,41. "Of ik dit misschien een beetje had ingecalculeerd? Ja, ik reed in het voorseizoen ook geen goede 3 kilometer. Je moet tegenwoordig van goeden huize komen om je te plaatsen", aldus Wüst, die naar eigen zeggen een 'pittig' trainingskamp in Inzell heeft gehad. "Het herstel duurde net even te lang."
Reina Anema (4.01,80) en Melissa Wijfje (4.02,53) wisten nog wel een internationaal startbewijs te bemachtigen op deze afstand. Na een wereldbekerticket op de 1500 meter pakte Anema verrassend haar tweede startbewijs met een nieuw persoonlijk record van 4.01,80. "De trainingen gingen goed, maar je weet nooit hoe het in de wedstrijd uitpakt", luidt het. Waar er vrijdag tranen van vreugde waren op het middenterrein, bleef het juichen zaterdag wat langer uit. "Ik had niet helemaal door dat het de laatste rit was, en dat ik derde stond. Toen zeiden ze: je bent er al bij. Ik had het niet door", lacht ze.
