Tickets
Shop
Nieuws 27 jun 2023

Niels Kerstholt: 'Ik houd van superkritische mensen als Suzanne en Sjinkie'

Bestaat er bij het begin van zijn tweede seizoen als bondscoach van Nederlandse beste shorttrackers al zoiets als de methode-Kerstholt? Het is, terwijl de avond allang de dag in Bormio had verdrongen en dit gesprek zich grotendeels afspeelde in de schemering, geen omschrijving waar Niels Kerstholt op zat te wachten. “Wat is dat dan, de methode-Kerstholt?”, kaatste de Utrechter de vraag terug. “Wat ik probeer, is professioneel te werken en op z’n tijd te reflecteren.”

Foto : Shapevisions - KNSB

Op het terras van de grote woning waar de nationale selectie NTS gedurende een week verblijft om te schaatsen in de ochtend en ’s middags te fietsen – niet ver van de liften naar het skigebied Bormio 2000 en 3000 – zorgt alleen de lamp vanuit een slaapkamer op dit uur van de dag voor een streepje licht. Het is net genoeg om het gezicht van Kerstholt te zien bij de woorden die hij uitspreekt.

Toch keert hij nog even terug naar de veronderstelling dat hij, zoals coaches dat doorgaans doen, in zijn eerste jaar een stempel heeft gedrukt op het team en het functioneren ervan. “Ik denk dat de methode-Niels Kerstholt, als je dat zo wilt noemen, dit is: dat je elk jaar probeert weer een stapje beter qua allerlei zaken je programma neer te zetten. Met elkaar ernaar te streven dat je nog efficiënter werkt. Nog meer uit trainingen haalt. Weer harder kunt trainen zonder oververmoeid te raken of over de top te gaan. Dat is een stapsgewijs proces dat jaar op jaar moet groeien.”

Van hem hoeft er niet te worden gesproken van een methode-Kerstholt. Professioneel werken en reflecteren vormen de basis van hetgeen hij doet. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Niet eenvoudig, wel razend mooi, interessant én – daarover later meer – veeleisend vindt hij zijn baan. Kerstholt (40) bepaalt de koers van de NTS. De aftrap van de voorbereiding op de winter 2023-’24 is vorige maand gedaan met een paar dagen op Papendal. Daarna heeft de Vechtsebanen in Utrecht het ijs gedurende vier dagen afgestaan om te wennen en de voorlaatste week van juni neemt hij de grote, zeer gretige groep (dertien rijders en zes rijdsters) op sleeptouw voor een heel stevig conditioneel blok. Opvallend, naast de afwezigheid van kopvrouw Suzanne Schulting (mentaal en fysiek opfrissen na tropenjaren) is de absentie van die andere veelbesproken figuur Sjinkie Knegt. De Schicht van Bantega is druk in de weer met de opnames voor een nieuw televisieprogramma en heeft daarvoor toestemming gekregen van Kerstholt.

De bondscoach vindt het fijn dat hij enigszins kan voortborduren op de eerste jaargang. “Een aantal dingen werkte heel goed. Andere kwesties zouden beter kunnen. Mensen geloven erin dat ze een stapje kunnen zetten en gaan heel eager aan de slag met hetgeen ze hebben opgestoken vorig seizoen. Enige bekendheid zorgt ervoor dat het nu makkelijker is doelen te stellen.”

Dat is de voorbije week dan ook aan de orde geweest. Iedere atleet heeft, aan de hand van vooraf gestelde vragen, moeten vertellen wat hij of zij wil bereiken. Meedoen aan een paar wereldbekers is geen bevredigend antwoord geweest voor Kerstholt en zijn assistent-coach Annie Sarrat. Het duo is namelijk ook geïnteresseerd in de wijze waarop de schaatsers denken te slagen in hun opzet. “Wat heb je nodig om hogerop te komen?”

Kerstholt is eerlijk: hij mist Suzanne en Sjinkie. “Zij zijn superkritisch en ik houd van dat type mensen. Dat is goed. Er zitten ook kritische personen in deze groep, maar dat zie je bij deze twee veel duidelijker terug. Zij kunnen een training op scherp zetten. Tegelijkertijd zeg ik: het is pas juni, de echte scherpte moet iedereen straks tonen, op het trainingskamp in Boedapest." Nóg een aderlating die hij niet onvermeld kan laten: het wegvallen van de Vlaamse broer en zus Stijn en Hanne Desmet die als buitenlanders door een niet verlengd contract niet langer profiteren van het Nederlandse topsportbeleid met al haar faciliteiten. Het duo is uitgeweken naar Noord-Amerika.

“Suus er niet bij, Hanne evenmin, Rianne de Vries gestopt. Daardoor zijn we bij de vrouwen fragiel geworden in de breedte. Het is een voordeel dat je de vrouwen achter de mannen aan kunt laten rijden, daar worden ze beter van. Maar getergde rijdsters krijg je pas door ze met elkaar het ijs op te sturen. Als Jens van ’t Wout Xandra binnendoor inhaalt, heeft ze er minder last van dan wanneer Suzanne dat flikt.” Dat wetend hoopt hij dat Schulting weer aanpikt in juli voor het tweede ijskamp (Hongarije). “Geen idee of dat lukt. ’t Zou handig zijn als ze uitgerust en relaxt meedoet.”

Vreugde na succes: het was in dat opzicht een fenomenaal debuutjaar voor Kerstholt. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Zijn ogen vonken als gloeiende kooltjes in een kachel. Wat feller in zijn toon: “Het is niet dat we op nul zitten. Nee, zeker niet. Bij de meiden is het iets fragieler. Bij de mannen hebben we het gewoon goed. Met die mannen kunnen we er ook met elkaar volle bak voor gaan.” Verdwenen leiders zorgen meestal voor nieuwe. “Jens wordt mondiger. Hij trekt meer zijn mond open tijdens een teammeeting. Logisch. Je hebt prestaties, je laat zien dat je goed bent. Je bent een voorbeeld. Qua professionaliteit, techniek en bepaalde dingen die hij doet, is hij iemand waaraan anderen zich kunnen optrekken. Dan is je stem wat sterker.” Wat Kerstholt meer toejuicht, is dat de mannen en vrouwen samen dingen doen.

Het gaat, gegeven de omstandigheden, zo te horen crescendo. “Het is nooit naar mijn hart. Er zijn altijd weer dingen waarvan ik denk... Over het onderkomen heb ik geen klachten. Wij noemen dit dan low-budget kamp. Maar ja, low-budget kamp is prima. We hebben uitstekend eten. Hier is het rustiger dan in het hotel waar we verleden jaar verbleven. De luxe is minder. We kunnen wel schaatsen. Waar draait het allemaal om? Daarom. Vandaar dat ik als een stekker baal dat er (tot 7 augustus, red.) geen zomerijs is voor ons in Nederland.”

“Je kunt een prachtig krachthonk hebben. Een schitterend kantoor waar we na afloop kunnen evalueren met elkaar. Dergelijke dingen. Maar die doen er niet toe. Want het draait alleen maar, of voor een groot deel, om het ijs. Dat moet je hebben wanneer je dat wenst. Op termijn hoop ik dat er een keer een heel klein, piepklein shorttrackhalletje is waarin we het voor het zeggen hebben en geen plaats hoeven maken voor een langebaanwedstrijd of zoiets. Ik weet dat Remy (de Wit, technisch directeur van de KNSB, red.) en Wilf (O’Reilly, disciplinemanager Shorttrack, red.) hun uiterste best doen voor ons.”

Reflecteren doet-ie zelf ook, voortdurend, zo blijkt. “Ik kan me heel erg opwinden over faciliteiten, maar ik heb geleerd in mijn leven dat die heel vaak niet het verschil maken. Mentaliteit, trainingsmentaliteit, hoe sterk je wordt, hoe technisch je rijdt, je gedrag: dát zijn de elementen die ertoe doen. Coördinatie op hoge snelheid en op het ijs dingen voelen, zodat je technisch weer sneller kunt worden, zijn eveneens factoren. Die andere zaken tellen echter zo ontzettend zwaar.”

Blijdschap in Salt Lake City, na de zoveelste World Cup-zege voor Suzanne Schulting. | Foto : Dennis Kruijswijk - KNSB

Een uur is zomaar verstreken bij deze bondscoach. In dat opzicht doet Kerstholt absoluut niet onder voor zijn voorganger Jeroen Otter. Beiden zijn bezeten van hun vak en hun sport. Wie naar een gedachte vraagt, krijgt een heel verhaal, meestal met uitgebreide context. “Dit werk is een heel groot offer naar mijn gezin toe. Daar ben ik de afgelopen weken, juist in de voorbereiding op het nieuwe seizoen bij stil blijven staan. Het eerste jaar was stressvol. Ik ving alle wind. Dat was prima. Ik kon het hebben, al kostte het veel energie."

"Dan moet je wel af en toe stoom kunnen afblazen. Op die momenten ben je er echter niet voor je gezin. Ik heb drie jonge kinderen, van drie, vijf en zeven jaar. Voor dit offer is bewust gekozen. Neemt niet weg dat ik mijn momenten echt moet pakken om er ook voor het thuisfront te zijn. Alleen, een sporter zal het nooit begrijpen wanneer je er een keer niet bent. Ik moet er daarom zoveel mogelijk niet zijn als atleten er het minst last van hebben. Het is me nog niet duidelijk hoe ik dat perfect kan indelen.”

Hij heeft er veel verder over door gefilosofeerd. “Er zijn coaches die laten een aantal assistenten bepaalde dagen overnemen. Daar heb ik over nagedacht, zonder eruit te zijn hoe dat ideale plaatje dan wordt. Want als ik er ben moet dat ook met de volle scherpte in mijn kop. Niet in mijn achterhoofd bezig zijn met mijn thuissituatie. Dat is ook belangrijk voor de sporters. Dat wanneer ik aanwezig ben, ik er niet half ben, maar voor 100 procent. Het is zoeken naar een balans die ik nog niet heb gevonden.” Met een vrolijke oogopslag: “Maar over het algemeen is het thuis best. Het gaat nog steeds goed met m’n vrouw en mij…”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan