De inzet is dus twee keer vijf plekken, eerlijk verdeeld over de twee seksen. Met de oogst van de World Cups in Beijing en Nagoya ligt de ploeg van Otter prima op schema. Waar het om draait is te zorgen dat het aantal rijders in de top van de klassementen op de verschillende afstanden voldoende is. Grosso modo komt het neer op drie rijders in de top-32 op de 500 en 1000 meter, drie bij de eerste 36 op de 1500 meter: dat volstaat om straks (in februari) op elk individuele nummer drie Nederlanders aan de start te zien verschijnen. Parallel hieraan verloopt de strijd rond de plaatsen op de aflossingsdisciplines (relay vrouwen, mannen en gemixt). De landen die tot de top-8 behoren na de vier World Cups (inclusief het organiserende China, anders top-7), zijn zeker van de teamonderdelen. Bij de vrouwen leidt de ploeg van Otter, de mannen staan precies halverwege (vierde).
Momenteel voldoen de mannen en vrouwen van Oranje ruimschoots aan de eisen, zowel in individueel opzicht als op het vlak van de teamdisciplines. Maar niets is zo veranderlijk als de ranking in shorttrack: twee keer naast de pot piesen en je maakt een duikvlucht. Vandaar de opmerking van Otter, toen hij deze week de prestaties een beoordeling gaf. “We hebben gereden, maar het is nog niet ‘wauw!’ Deze ploeg is in staat de maximale quota voor de Spelen te halen”, zo maakte hij in een zinnetje duidelijk waarom er geen wijzigingen zijn aangebracht in de World Cup-selectie.
Er kwam een maar achteraan. “Deze namen zijn specifiek gekozen voor de derde World Cup”, begon hij de uitleg. “Als we in de thuisgebleven rijders geen perspectief zouden zien, hadden we erbij vermeld dat groep van Debrecen ook de laatste wereldbeker voor zijn rekening neemt. Dat is niet zo. We bekijken het per World Cup, dat was ook ons uitgangspunt voor de wedstrijden in Azië, maar door de pandemie en strenge maatregelen zijn we gedwongen met hetzelfde team naar China en Japan te reizen. Anders hadden we misschien wel een kleine verandering doorgevoerd. Voor deze World Cup is besloten dezelfde namen te handhaven, omdat het ons nu niet gaat om wedstrijden winnen, maar om de quota voor de Olympische Spelen te behalen.”
Anders gezegd, Otter is mensen als Daan Breeuwsma of Friso Emons nog niet vergeten. Mocht het twaalftal dat de komende dagen op het ijs staat van de Fönix Hall in de tweede stad van Hongarije, ergens steken laten vallen, dan zijn er veranderingen mogelijk. Friso heeft laten zien dat hij geweldige 1500 meters kan rijden. En van Daan weten we dat hij goede relays kan neerleggen. Alleen, we zoeken naar rijders die wat breder inzetbaar zijn, in plaats van een afstand of alleen relay-specialisten. Meer disciplines beheersen is handig met het oog op Beijing.”
