Tickets
Shop
IJsbrekers 09 nov 2023

Topsportouders: 'Balanceren tussen ondersteunen en loslaten'

In de wereld van topsport spelen de ouders een cruciale en soms complexe rol. Patrick van Bruggen schreef een handboek voor jonge sporters, topsporters en hun ouders en geeft workshops, waarin zijn inzichten, tips en voorbeelden worden gedeeld. De verhalen van de familie van Patrick Roest, Lindsay van Zundert en Chris Huizinga laten eveneens zien waarom de rol van topsportouders zo belangrijk is.

Van Bruggens zoon zat op voetbal. Als vader kwam hij erachter dat hij het als (top)sportouder ‘helemaal verkeerd deed’. Dit inspireerde hem om informatie te verstrekken aan topsportouders. “De coach volgt een coachopleiding, de sporter wordt getraind door de begeleidingsstaf, maar wie vertelt er wat de rol is van de topsportouder?” De oprichter van Stichting Topprestaties, waarvan alle opbrengsten naar het Yvonne van Gennip Talent Fonds gaan, noemt vier basisvaardigheden voor ouders: structuur bieden, liefde en onvoorwaardelijk vertrouwen geven, het kind stimuleren en beschermen, en individuele aandacht geven. “Topsport vergt veel aandacht”, vertelt Van Bruggen. Hij adviseert topsportouders om hierin balans te vinden in het gezin, vooral als ze meerdere kinderen hebben.

Vroeger was er weinig ruimte voor sportambities bij Wim en Bep, de ouders van Patrick Roest. Er moest op de boerderij gewerkt worden. Hun drie kinderen, Natasja, Patrick en Remco, begonnen jong met schaatsen bij de ijsclub. Naarmate Natasja en Patrick serieuzer werden in hun schaatscarrières, bracht dit extra uitdagingen mee voor Wim en Bep. Ze reden 50.000 kilometer per jaar. Iedere dag op en neer naar Den Haag om te trainen. “Wanneer er trainingswedstrijdjes waren, stond ik ‘s ochtends om drie uur op om de koeien te melken. Vervolgens zaten we rond kwart voor zeven met de kinderen in de auto op weg naar de Uithof”, aldus Wim.

Bep vult aan: “Remco raakte wel eens tussen wal en schip. Dat vonden wij lastig, maar hijzelf zat er niet zo mee. Hij ging hardlopen, bleef bij oma, of vergezelde ons.” Wim: "Patrick deed vroeger alles met twee vingers in z’n neus. Natasja was fanatieker, maar heeft nu haar passie gevonden als masseuse. Een enkele keer gaat ze met Reggeborgh mee en ze masseert Patrick veel. Het is waardevol te zien dat onze kinderen zo goed met elkaar omgaan.”

Wim en Bep benadrukken het belang van plezier in de sport en het geven van ruimte aan hun kroost om hun eigen beslissingen te nemen. Wim: “Patrick was als kind een verlegen jongen. Hij trok niet snel zijn mond open. Nu is hij assertiever. Laatst was er wat commotie rondom de ploegenachtervolging. Ik vind het mooi zijn ontwikkeling als mens hierin te zien.” Wims is onderdeel van het dweilorkest als trompettist, dat biedt hem een welkome afleiding om de spanning tijdens de wedstrijden weg te blazen. “In het verleden voelde ik de zenuwen al een week van tevoren.” Beide ouders herinneren zich het moment waarop Wim het Wilhelmus mocht blazen toen Patrick Nederlands kampioen werd op de vijf kilometer in 2019. “Onbetaalbaar!” 

Van Bruggen somt de belangrijkste randvoorwaarden op. “Als ouder wil je dat je kind groeit, maar ga als topsportouder ook kritisch kijken naar hoe jij kunt groeien. Talentontwikkeling en de weg naar de top zijn geen sprint. Het gaat met horten en stoten en vereist een lange adem. Ouders zijn geneigd om de weg voor hun kinderen schoon te poetsen. Het is juist goed voor de ontwikkeling als het kind leert omgaan met teleurstellingen en tegenslagen of de consequenties draagt van eigen gemaakte keuzes. Wees daarnaast niet de oorzaak van het wegnemen van het plezier in de sport.”

De ervaringsdeskundige verwijst naar een onderzoek van sportpsychologe Daniëlle van der Klein-Driesen waaruit blijkt dat kinderen de druk van prestatiegerichte ouders niet waarderen. Van Bruggen maakt de vergelijking met het maken van de Cito-toets op school, waarbij ouders ook geen aanwijzingen kunnen geven voor het juiste antwoord op het moment suprême. "Waarom zou het ouders hier wel lukken?”, aldus Van Bruggen die pleit voor het vermijden van constant commentaar geven tijdens wedstrijden en het belang van loslaten benadrukt.

Chantal Vervuren, de moeder van olympisch kunstrijdster Lindsay van Zundert, herinnert zich hoe Lindsay begon met slechts een uurtje schaatsen per week. Toen haar coach meer trainingstijd voorstelde, ontstond er een discussie over kosten en planning. "Lindsay vroeg mij: 'Ben je werkelijk zo dom om dat extra uurtje niet te regelen? Schaatsen is mijn leven.'" Chantal vond haar opmerking eerst arrogant, maar besefte later dat Lindsay gelijk had.

Vanaf dat moment kreeg Lindsay volledige steun van haar familie, zelfs wanneer dit financieel tot uitdagingen leidde. Chantal heeft een fulltimebaan bij het UWV en een eigen pedicurepraktijk. Het vraagt flexibiliteit in haar werk, vooral tijdens buitenlandse wedstrijden waarin inkomsten uit haar eigen zaak wegvallen. "Het is jongleren tussen de schaatscarrière van Lindsay, de bokslessen van mijn jongste dochter, hun schoolverplichtingen en mijn werk." Het onlangs behalen van Lindsay's rijbewijs geeft ruimte in het drukke reisschema.

Vervuren moedigt haar dochters aan om zich te concentreren op discipline, persoonlijke groei en hard werken; niet blindstaren op winnen. Chantal waardeert ook de vele steun die ze krijgt. “Het scheelt dat ik het niet alleen hoef te doen. Opa en oma spelen hierin een heel grote rol. En de support die Lindsay ontvangt van haar coaches, geldschieters in de buurt en van kunstrijdgrootheden Joan Haanappel en Sjoukje Dijkstra, is ongekend. Naast Lindsay kan ook ik bij hen terecht voor raad en daad.” Samenwerken als een team en elkaar ondersteunen is voor hen van onschatbare waarde.

 

"Als je kijkt naar het grootste verschil tussen de vader en moeder, zijn moeders doorgaans gemener naar elkaar door iets lelijks over het concurrerende kind te zeggen. Vaders zijn vooral fanatiek op het resultaat”, legt Van Bruggen uit. Ook adviseert hij om niet te veel tegen een kind te zeggen dat het een talent is. “Dit zorgt voor stilstand. Het kan ertoe leiden dat de sporter denkt: ik mag geen fouten maken, want misschien ben ik dan geen talent meer.’  Zorg ervoor dat zij durven te falen. Dit is één van de kernwaarden voor succes. En als je wat positiefs zegt over je eigen kind, geef de andere kinderen of teamgenoten dan ook een compliment.”

Het element dat iedere ouder zal herkennen, is nervositeit voor of tijdens een wedstrijd. “Wat doet dit met je kind en welke consequentie heeft dit? Let daar eens op, want hij of zij weet dondersgoed waar jij op de tribune zit. Je kunt hierover het gesprek aangaan”, tipt Van Bruggen. "Wees je als ouder daarnaast bewust van de maatschappelijke vorming van je zoon of dochter. Als je constant je kind als topsporter benadert en dat aspect wegvalt, wie is hij of zij dan nog als mens? Balanceren tussen ondersteunen en loslaten is de sleutel tot succes, zowel op als naast het ijs.”

De ouders van Chris Huizinga, Garmt en Itie, zijn nuchtere Groningers met een boerenachtergrond. Sport werd in Garmts jeugd niet gestimuleerd door zijn ouders, omdat er hard gewerkt moest worden op de boerderij, vergelijkbaar met de ouders van Patrick Roest. “Het motiveert me extra om onze kinderen aan te moedigen hun dromen waar te maken”, aldus Garmt. Naast Chris heeft het echtpaar twee dochters, Josie (die aan marathonschaatsen doet) en Lois (zij hockeyde). Dat er meer aandacht uitgaat naar hun zoon, vinden beide ouders weleens lastig. De Huizinga's moedigen alle drie de kinderen aan om hun best te doen en tonen interesse in ieders activiteiten.

De topsportmentaliteit zat er bij Chris al vroeg in. Als er een zak met snoepjes was, deelde Josie ze uit en at Chris ze allemaal op. Hij vroeg zelfs om meer. De Huizinga's zijn trots op hun kinderen, maar blijven bescheiden en op de achtergrond. “Mannen als Jac Orie en Sven Kramer, die kennen ons niet. Wij bemoeien ons er niet mee. We hebben vertrouwen in de begeleidingsstaf.” Toch ervaren ze wel een verschil met de skeelersport, waar Chris ook lange tijd succesvol was. “Daar trok iedereen, inclusief wijzelf, tijdens wedstrijden naar elkaar toe.” Dat vader en moeder Huizinga een groot hart hebben, blijkt uit het volgende: “Louis Hollaar (uit Numansdorp, red.) trok op z’n zestiende bij ons in om te kunnen schaatsen bij iSkate. Hij sliep bij Chris op de kamer; die jongen kon er één van ons zijn”, vertelt Huizinga senior.

Beide ouders geven toe dat ze vol spanning op de tribune zitten tijdens de wedstrijden. Itie kan moeilijk stilzitten, terwijl Garmt liever staat wanneer Chris voorbijraast. Chris zelf is volledig gefocust en zwaait of kijkt niet naar zijn ouders op de tribune. Daarnaast kan Itie het voorbeeld van Patrick van Bruggen over het gedrag van moeders onderling zich voorstellen. “Het zal te maken hebben met het speciale karakter van het moederinstinct, dat een kind nooit loslaat. In topsport ligt winnen en verliezen dichtbij elkaar. Ook wij als ouders hebben moeten leren omgaan met beide aspecten.”

 


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan