Het moment van: Gerben Karstens

‘IK REED ILLEGAAL DE ELFSTEDENTOCHT VAN '85 EN ONTDEKTE DAT IK EEN GOEDE KLUNER WAS'
“Ik heb veel leuke dingen gedaan en na mijn schaatscarrière heb ik als beroepswielrenner nog zoveel meegemaakt, maar je wilt specifiek een schaatsmoment hebben, hè? Ik was dol op natuurijs, dus kies ik een moment uit de Elfstedentocht van ‘85. Daar heb ik illegaal aan meegedaan. Ik ben in Sloten opgestapt en had het nummer 85 opgespeld, dat ik nog had liggen van een Tour de France. De ‘echte nummer 85’, die zich wel netjes had ingeschreven voor de competitie, bleek later Tjeerd Uitterdijk te zijn. Het ging mij om de ervaring. De tocht der tochten was natuurlijk iets geweldigs en moest ik een keer meegemaakt hebben.

Met Yep Kramer (nummer 173 op de foto) heb ik de Elfstedentocht gereden. We kwamen in de kopgroep terecht, waar ze me wel kenden. Er ontstond in onze groep een grote valpartij en Yep had last van z’n rug, waardoor hij moeilijk onder bruggen door kon komen. We zijn op ons gemak doorgereden. Ik wilde niet als een idioot die wedstrijd rijden. Die competitiedrang had ik niet meer, dus heb ik de tocht voor de fun gereden.

Op een gegeven moment moest er gekluund worden. Soms waren er heel grote stukken, waar je niet over het ijs kon. Ik had nog nooit ervaren wat klunen was, maar wat bleek? Ik was er heel erg goed in! Dat is geen flauwekul. Man, ik liep ze allemaal voorbij. Anderen zag je strompelen of vielen om mij heen. Het moment dat ik ontdekte dat ik zo goed kon klunen, dat vond ik zo’n speciaal moment. Voor mij was het echt een peulenschil. Misschien had het met een bepaald soort lef te maken. Je moet durven gaan en doen alsof je hardloopt.

Uiterdijk, de echte nummer 85, is 33^e geworden. Ik ben met Yep Kramer als 89^e geëindigd. Men heeft niet hetzelfde nummer twee keer in de uitslag gezet. Het was echt een fantastische ervaring. Het reed zo makkelijk. Mijn conditie was goed en ik heb volop genoten.”