Group 2
arrow copy Terug
Nieuws 03 mrt 2022

Miho Takagi had graag twee WK's in Hamar willen rijden

Irene Schouten en Antoinette de Jong zijn komend weekend de kanjers van Oranje op de WK Allround voor vrouwen in Hamar. Merel Conijn krijgt de kans te ontdekken wat ze in dit schaatsgeweld op zaterdag en zondag kan uitrichten. De buitenlandse concurrentie? Die komt vooral van de Japanse alleskunner Miho Takagi, winnares van goud (1000 meter) en drie zilveren medailles op de Winterspelen. En helemaal opmerkelijk: het liefst zou ze aan twee WK’s hebben meegedaan…

Foto : Vincent Riemersma

“Met Miho hebben we zeker een grote troef voor deze WK”, erkent bondscoach Johan de Wit van Japan onmiddellijk. “Ze wil heel graag wereldkampioene Allround worden. Ze had voor het sprinten kunnen kiezen, dat is een ‘makkelijke’ titel voor haar. Vorige keer in Hamar (2020, red.) won ze met bijna anderhalve punt voorsprong op Nao Kodaira. En deze keer is ze nog beter dan destijds, daarom verwachtte ik dat ze opnieuw de WK Sprint zou kiezen. Heeft ze echter niet gedaan, omdat ze allrounden mooier vindt.”

Drie jaar geleden reed de 27-jarige Aziatische in een week op twee verschillende continenten een wereldkampioenschap Allround en het wereldkampioenschap Sprint. Tussen 23 februari 2019 en 3 maart was ze actief op de WK Sprint in Heerenveen en de WK Allround in Calgary. Dat kon toen nog, want het was de laatste keer dat beide toernooien afzonderlijk van elkaar werden afgewerkt. Ze eindigde twee keer als tweede. De Wit: “Het jaar erna greep ze de mondiale sprinttitel in Hamar. Eigenlijk is het heel jammer voor haar dat de toernooien nu in een weekend zijn gepropt. Ik voeg eraan toe: onbegrijpelijk, bekeken vanuit het oogpunt van de internationale schaatsunie. Je wilt toch de beste rijders aan de start hebben? Dat is voor de bond helemaal geen overweging.”

“Deze winter heeft ze zich ten doel gesteld het WK Allround te rijden met de intentie te winnen. Dan doe je niet vlak ervoor mee aan een sprinttoernooi. Ik heb geopperd de volgorde van de twee evenementen in het Vikingskipet om te draaien, zodat Takagi een unieke kans zou krijgen om binnen vier dagen twee keer wereldkampioene te worden. “Dat zou geweldig zijn voor de gehele sport, dunkt me. Als je zou beginnen met het allroundtoernooi zou Miho in staat zijn zich daarna op de sprintvierkamp te richten. Zo zou er een heel goede sprintster aan het deelnemersveld bij de vrouwen kunnen worden toegevoegd. Het lijkt me dat je de sterkt mogelijke startlijst wilt hebben. Nee hoor, er wordt bij de ISU gereageerd alsof je gek bent. In mijn optiek telt het belang van het schaatsen niet in de hele discussie. ‘Ja, we moeten rekening houden met de tv-uitzendingen, dus dat doen we niet’, is de reactie. Heel teleurstellend.”

“Ik zit midden in die sport”, vervolgt De Wit in een adem zijn verhaal. “Vanuit die positie probeer ik voortdurend voor de sport te denken en de schaatsers. Zo heb ik ook een jaar of drie, vier terug allerlei plannen geschreven voor de ISU waarvan ik niets meer heb gehoord.
Een van de ideeën was een agenda waarop aan het einde van het seizoen drie WK’s stonden gepland. Drie wereldkampioenschappen, steeds met een weekend ertussen, op drie continenten. Het idee erachter was dat een schaatser aan alle toernooien zou kunnen deelnemen. Daar is niets mee gedaan. Sterker nog, alle WK’s werden in een weekend gestopt. Twee jaar geleden waren de WK’s Allround en Sprint in drie dagen, hier in Hamar zijn ze nu uitgesmeerd over vier dagen.”

Hij mist nadrukkelijk de visie bij de bestuurders van het overkoepelende orgaan. “Het belang van het verder ontwikkelen van de schaatssport is er totaal niet, wat hartstikke jammer is. Ik ben van mening dat je schaatsen heel groot kunt maken. Wij rijden vaak wedstrijden in van die donkere holen, zoals in Polen (Tómaszow Mazowiecki), of in Noorwegen (Stavanger), maar waarom is dat nodig? Daar zit geen hond op te wachten. Van mijn vrienden, dat zijn allemaal oud-schaatsers, kijkt er niemand naar die World Cups. Vinden ze geen zak aan. Het zou anders zijn als we een paar keer zo’n wedstrijd houden op de Jaap Edenbaan in Amsterdam. ‘Nee’, hoor je dan van de ISU, ‘die races zijn niet eerlijk omdat de een meer last heeft van de wind of een blaadje op de baan’. De populariteit van de sport is dus van ondergeschikt belang.”

De irritatie in zijn stem is nu goed hoorbaar. “Waarom zijn er geen World Cups in Boedapest, Collalbo of in Innsbruck? Je zou je moeten bekommeren om het populairder maken van de sport. In 2018 vroeg de ISU aan de Japanse bond om een tweede World Cup te organiseren – naast die in Obihiro – omdat Changchun zijn World Cup had teruggegeven. De bond vroeg mij om een mogelijke locatie. Ik zei direct: de buitenbaan in Tomakomai. Vlakbij Sapporo, goed bereikbaar, en ik wilde graag buiten schaatsen. Tijdens de trainingen stonden de coaches sneeuw te schuiven, dat zijn dingen die erbij horen. Herinner je je het recente verleden waarin het Bislett-stadion stampvol zat met publiek. Zo zou het moeten zijn, ook nu.”

Nog altijd heeft Johan de Wit geen idee hoe zijn (schaats)toekomst eruitziet. Hoewel hij intussen zeven jaar met veel succes de Japanse toppers begeleidt, geeft de bond in het Aziatische land geen krimp als het gaat om contractverlenging of welke andere plannen er ook mogen leven.

"Ik heb niets, ik weet niets, was er maar wat, dan zou ik in elk geval iets te kiezen hebben. Op dit moment lijkt het erop dat ik straks werkloos ben. Ik denk niet dat er een coach rondloopt in de wereld die de afgelopen vier jaar meer heeft gewonnen dan ik, zowel op sprint- als allroundgebied. Alleen niet op de lange afstanden, dat is helaas aan me voorbijgegaan en dat zit me niet lekker. Maar goed, dat is iets dat ik moet ontwikkelen. Het is allemaal goed verlopen, daarom kan ik me niet voorstellen dat er niets op mijn pad komt. Een positie als technisch directeur zou ik ook zeker overwegen, al moet ik zeggen dat het coachen van schaatsers me nog heel na aan het hart ligt."

"Bovendien wijzen de prestaties van onze schaatsers uit dat de programma's die ik met mijn staf heb ontwikkeld de rijders nog steeds beter maken. Zo is Miho nu al zeven jaar achter elkaar sneller geworden. Met haar ontwikkeling, of die van de Japanse ploeg zou ik persoonlijk best graag doorgaan. Als het maar op het hoogste niveau is, al besef ik dat ik ook een gezin heb te onderhouden."

De World Cups zijn volgens de Noord-Hollander tot nutteloze gedrochten verworden. “Flauwekulwedstrijden, rekenen, het gaat om puntjes binnen hengelen. Heeft niets meer met schaatsen te maken. Er wordt nergens om gestreden. Wanneer je vroeger een World Cup won, was je heel wat. ‘Hij heeft een World Cup gewonnen’, zo sprak men over je. Nu is het na een zege: ‘Oh, dan heeft-ie zestig punten en staat hij zo hoog in het klassement en kan hij de volgende race overslaan’, dat is tegenwoordig de trend. Het zou moeten veranderen, maar elke poging die je onderneemt, is kansloos. Ik ben al een tijdje actief in de top van de schaatswereld. Soms wordt er door de ISU een bijeenkomst georganiseerd voor alle coaches. Die worden dan naar hun mening en ideeën gevraagd. Wat je ziet is dat jonge, nieuwe collega’s zich goed hebben voorbereid, in de veronderstelling dat ze met hun voorstellen wat kunnen bereiken. De oudere langer zittende coaches bevinden zich meestal achterin de zaal en hebben niets gedaan, omdat ze weten dat alle bedachte plannen zo de prullenbak in verdwijnen.”

De frustratie verpakt hij in zijn slotstatement. “Weet je: zodra je denkt dat het geen zin meer heeft, is de schaatssport iemand kwijtgeraakt die een positieve bijdrage had kunnen leveren. Ja, ik heb het ook opgegeven, terwijl ik nog maar 42 ben. Deze sport zal nooit meer groot worden. Eeuwig zonde. Al hoop ik dat ik wat dat betreft ongelijk zal krijgen.”

Alle info over de WK's in Hamar vind je hier


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan