Group 2
arrow copy Terug
Inlineskaten 02 jun 2022

Geen TeamNL op World Games, gemiste kans?

De KNSB maakte onlangs bekend geen inlineskaters af te vaardigen naar de World Games 2022, die van 7 t/m 17 juli worden gehouden in het Amerikaanse Birmingham. Er is in de inlinewereld gemengd gereageerd op dit besluit. Wij spraken drie rijders, Rémon Kwant, Lianne van Loon en Ruurd Dijkstra - die de Nederlandse startbewijzen hebben binnengehaald - evenals disciplinemanager Marcel Scheperkamp, bondscoaches Valentina Berga-Belloni en Frank Fiers. Gary Hekman, die als inlineskater lid is van de rijdersraad, deelde ook zijn kijk op de situatie. Is er de juiste beslissing genomen?

Foto : Neeke Smit

De World Games wordt één keer in de vier jaar gehouden en wordt gezien als ‘de Spelen voor niet-olympische sporten’. In de verklaring waarin werd aangekondigd dat er geen TeamNL-rijders worden afgevaardigd naar de World Games, liet Scheperkamp weten dat onduidelijkheid over de piste in Birmingham een belangrijke rol heeft gespeeld. Rémon Kwant heeft geen begrip voor deze uitleg. “Dit is echt reden nummer vier of vijf waarom we niet worden afgevaardigd. Het is een toernooi, daar wil je heen. Het was één van mijn doelen van dit seizoen. Waarvoor train ik anders het hele jaar door voor het skeeleren? We steken er heel veel tijd, energie en geld in en dan wordt het afgenomen. Dit is wel een nieuw dieptepunt. Echt niemand om me heen snapt waarom Nederland niet gaat.”

De in Meppel geboren inlineskater licht zijn opvattingen toe. “Met deze beslissing help je de sport niet vooruit. Hoeveel negativiteit er door dit besluit de afgelopen week heerste onder rijders richting de KNSB, dat wil je niet. We moeten het met elkaar doen. Daarvoor zijn sponsoren nodig, resultaten, een trainersgroep etc., maar een eerste stap is ook om überhaupt wedstrijden te rijden. We zitten al jarenlang te klooien en we gaan achteruit. Ondertussen wordt wel het maximale resultaat van ons verwacht, anders gaan we dus blijkbaar niet naar toernooien. Natuurlijk wil ik ook beter worden, winnen en dat ik daarbij geholpen word, alleen daar gaan deze beslissingen niet bij helpen."

Ruurd Dijkstra laat weten dat het voor hem een eigen keuze is geweest om niet naar de World Games te gaan. “Mijn focus ligt volledig op de piste, dus ik heb bij voorbaat al gezegd dat ik mij afmeld als er geen Vesmaco-piste is. De KNSB heeft met ons drieën – Rémon, Lianne en ik – overlegd en gevraagd: hoe doen we het? Gaan we er heen en zolang we geen goede berichten ontvangen, is het dan wel noodzakelijk om te gaan? Dus die communicatie is er geweest.”

Dijkstra vindt het lastig om iets te zeggen over het feit dat TeamNL niet op de World Games staat. “Het is misschien het enige signaal wat jammer is. Nu is hiervoor gekozen. Als de prestaties tijdens de Europa Cups goed waren geweest, dan was het heel anders gegaan. Er moet echt weer nieuwe aanwas komen. Lianne van Loon is nog vrij jong. Die zou je misschien wel een plekje kunnen gunnen. Ook zij is nog vermoeid van vorig jaar. De WK Inlineskaten waren laat en er volgde meteen een zware winter. Vervolgens heeft zij denk ik te lang door geschaatst om überhaupt op tijd fit te zijn voor de World Games. Dan kun je nog nummertjes twee aanwijzen, maar voor wat? Naar mijn mening heeft de KNSB de goede keuze gemaakt, waar ik volledig achtersta.”

Kwant vertelt over zijn uitdagende route naar het huidige seizoen. “Ik heb me vorig jaar via de WK voor de World Games geplaatst. Ze leken goed in het schema te passen, ze zaten ver genoeg van de EK en WK af. De voorwaarde was dat we dit voorseizoen goede Europa Cups moesten rijden. Dat vind ik wel een lastige. Ik train de hele winter alleen en plan zelf de gehele route richting het inlineseizoen. Afgelopen winter heb ik veel andere trainingen gedaan en heel intensief. Juist om goed te zijn op de World Games en in het najaar. Ondanks dat ik wist dat ik goed moest zijn op de Europa Cups, dacht ik wel: sorry, ik ga niet mijn hele opbouw opofferen en doen alsof de Europa Cups de EK zijn. De World Games zijn in juli. Dan hoef je niet top te zijn in april. Zeker gezien het feit dat we een korte winter en voorbereidingstijd hadden. De WK waren midden november in combinatie met een geringe rustperiode daar aansluitend." Er klinkt een diepe zucht, waarop Kwant vervolgt: “Hoe dan ook had ik gehoopt beter te zijn tijdens de Europa Cups, maar ik was gewoon niet goed genoeg. Dat is jammer.”

Wat de gehele situatie heeft doen laten veranderen, is dat deelname aan de World Games niet automatisch meer een EK-ticket opleverde, zo legt bondscoach Valentina Berga-Belloni uit. “Alleen Ruurd kwam hiervoor in aanmerking. Lianne en Rémon waren nog niet goed genoeg. Zij steken er op dit moment niet bovenuit, dus vonden wij het als bondscoaches niet eerlijk tegenover de andere sporters om hen al een EK-ticket te geven. Dit betekent dat zij zich alsnog moeten bewijzen op de NK, die vlak na de World Games plaatsvinden. Dit hebben we hen ook verteld.”

De bondscoach is van mening dat de World Games wel degelijk serieus worden genomen door de KNSB en snapt niet dat daar anders over wordt gedacht. “Wij zouden met drie rijders daar naartoe gaan, waarbij er een grote kans bestond dat zij de NK niet zouden rijden. Nu zij het niveau niet hebben, moeten ze zich hier nog bewijzen. Bovendien is het achteraf altijd makkelijk praten.”

Frank Fiers: “Als bondscoach wil je je rijders ook in bescherming nemen. Ik vind het moeilijk – en vind dat we het eigenlijk niet kunnen maken – om in de media te roepen dat we geen niveau hebben. Ik vind dat denigrerend, ook al hebben we het over topsport. Richting de rijders hebben we het naar mijn mening juist heel netjes aangepakt. In dit gehele proces richting het besluit om wel of niet naar de World Games te gaan, hebben we de sporters erbij betrokken. Dat vind ik ook vrij uniek. Ik wil mijn sporters vertrouwen geven. In één-op-één gesprekken kun je daar dieper op ingaan met elkaar en dat hebben we gedaan. Ik heb veel respect voor sporters als Ruurd en Rémon die kiezen voor het inlineskaten. Om meer te kunnen trainen, werken ze minder, waardoor ze ook minder verdienen. Zo heb je nog een aantal rijders. Ze stoppen bakken met geld in hun loopbaan. Als ik vanuit mijn sporthart spreek, zou ik ze het liefste sturen en wil ik er zelf als coach ook naartoe. Maar rationeel bekeken, rekening houdend met alle puzzelstukjes, is dit toch wel de goede keuze. Deze beslissing is in ieder geval weloverwogen en niet zomaar genomen.”

Kwant kan het gesprek met de bondscoaches ook nog goed terughalen. “We kregen de keuze: als we de World Games echt belangrijk zouden vinden, dan konden we erover nadenken. Maar, als we de EK belangrijker zouden vinden, dan moesten we ons nog plaatsen op de NK en dan zouden ze ons de World Games afraden. De NK stonden al eerder als één van de selectiemomenten in de planning, maar in eerste instantie helemaal achteraan. We hadden inderdaad qua resultaten nog niks laten zien, maar als je de Zuid-Amerikanen wegstreept bijvoorbeeld, dan ziet de lijst er heel anders uit. Ik was dertiende in Gross Gerau in april, waar ik eigenlijk nooit goed rijd”, waarmee Kwant zijn prestaties in een ander daglicht zet.

De sprinter wilde geen risico’s nemen en koos in het gesprek voor de EK. “Natuurlijk zijn de World Games belangrijker, alleen voor mij persoonlijk zijn de Europese kampioenschappen een hoger doel. Vorig jaar stond ik op het podium, maar ik heb nog nooit gewonnen. Daarom zijn de EK al jarenlang mijn hoofddoel. Dan wil ik het niet riskeren om met een jetlag de NK te rijden, tweede of derde te worden en niet naar de EK of WK te mogen.”

“Niet voldoende gepresteerd hebben, vind ik wel het beste argument om ons niet af te vaardigen, maar dat is niet dé reden die naar mij is gecommuniceerd. Wél als één van de redenen richting ons. Daarom heb ik het ook soort van geaccepteerd, alsof ik een keuze daarin had.”

Lianne van Loon, de derde rijder die geselecteerd was voor de World Games, wil er geen ophef over maken. “Natuurlijk baal ik ervan, maar het is wat het is. De NK zijn nu heel belangrijk geworden om dat EK-ticket te halen. Als je dan net terugkomt van de World Games met een lange reis in de benen, dan is de keuze snel gemaakt natuurlijk. Ik had heel graag de World Games willen rijden. Het is de grootste wedstrijd die je kunt behalen in het inlinen en het is om de vier jaar. Ik zou het leuk vinden als Nederland het evenement in de aankomende jaren serieuzer zou nemen. De ambitie om daar te staan, is er zeker bij mij. Voor nu is het jammer, maar ik kan het niet veranderen.”

Van Loon vind overigens wel dat de opzet van het toernooi gunstig is. “Bij de World Games mag er één rijder per land meedoen. Ik denk dat dit voor Nederland in het voordeel is. Want je hebt niet meerdere Colombianen bijvoorbeeld, dus ik denk dat je dan wel makkelijker een goede uitslag zou kunnen rijden. Maar het is niet anders. Nu ligt de focus vooral op het kwalificeren voor de EK en daar supergoed zijn.”

Kwant verbaast zich over het moment van de NK. “Uiteindelijk is de KNSB degene die de regels bepaalt. Ze hadden deze wedstrijden ook op een ander moment kunnen plannen. Er zijn genoeg andere selectiemogelijkheden. Bij de Europa Cup in Italië, vlak voor de EK bijvoorbeeld. Al doe je het op een woensdagavond ergens door de week, wanneer iedereen kan. Je kunt alle kanten op denken, als je echt zou willen. Ik vind het gewoon ongelukkig.”

De sprinter geeft een suggestie. “Stel duidelijke eisen, bijvoorbeeld minimaal een podiumplek of top acht. Als je dan zegt: wij denken niet dat je dat haalt en daarom gaan we niet. Dan zou ik het als rijder nog jammer vinden, maar dan snap ik de beslissing. Dat kun je ook naar sponsoren verantwoorden. Ik begrijp ook wel dat je geen cadeautjes krijgt. Je moet je plek verdienen. Daar ben ik het opzich mee eens. Maar, wil je de sport mondiaal – en ook in Nederland – vooruithelpen, dan moet je daar gewoon staan! Ook voor sponsoren. Je kunt het zo mooi maken als je wilt. Als je achtste wordt op de World Games, kun je zeggen: geen podium, dus slecht. Of je maakt het groot: wél top acht. Er mag maar één rijder per land meedoen en je hebt je geplaatst. Dat biedt ook kansen.”

Gary Hekman ziet het anders. “We hebben een rijdersraad, waar ik inzit. Daar kwam dit thema ook voorbij. Ik vind het een heel logisch en normaal besluit. Ik had niet verwacht dat er iemand naartoe zou gaan, ook al waren die plekken er. Er is al een keuze gemaakt om met het team naar een Italiaanse wedstrijd te gaan. En je kunt het geld maar één keer uitgeven. Natuurlijk is het een heel mooi toernooi en het is één keer in de vier jaar, maar het niveau in Nederland is toch niet goed genoeg om voor de medailles mee te doen. Wat krijg je ervoor terug?”

Hekman vindt het onzin dat de sport door zo’n besluit kapot zou worden gemaakt. “Die geluiden zullen er altijd zijn. Ga eerst maar eens goed trainen en je best doen om vooraan mee te kunnen doen. Het niveau in Nederland mag eerst wel eens omhoog. Er zijn altijd twee kanten. De één is voor en de ander tegen. Je kunt beter een aantal junioren een goed plan geven richting Wereldkampioenschappen en daar hoge ogen gooien, dan hier op de World Games om plek tien t/m zestien strijden. Het kan nog zo’n mooi toernooi zijn, uiteindelijk is het wel topsport en word je op prestaties afgerekend. Voor hoog aangeschreven wedstrijden kun je ook aan de Europa Cup in Geisingen meedoen. Dat is een stuk dichterbij en is ook een prachtig toernooi op wereldniveau.”

Kwant is ook voorstander van investeren in de jeugd. “Ik snap dat de seniorenploeg los zand is en dat je die nu niet bij elkaar krijgt. Ik heb ook wel meerdere keren gezegd: pak een groepje junioren en zet die lekker samen. Focus je daarop en zodra die senioren zijn, dan heb je daar ook een gedegen groep. Uiteindelijk draait het om de toernooien bij de senioren. Dit was ooit op de rit, dus we moeten daar ook naar terug. Er wordt vaak door buitenlanders aan mij gevraagd: kan ik meetrainen? Dat is altijd een gedoe. Of het kost geld of ze mogen de baan niet op of de selectietraining is alleen voor Nederlanders. Het is veel makkelijker om als Nederlander naar het buitenland te gaan. Dat is doodzonde. We moeten gewoon iets makkelijker worden met elkaar. En zorg dan ook dat er voor de jeugd een stip aan de horizon komt, waar ze naartoe kunnen werken.”

Disciplinemanager Marcel Scheperkamp toont er begrip voor dat er gemengd gereageerd is op zijn besluit. “Wij hadden budget voor de World Games gereserveerd, dus wij hebben zeker de intentie gehad om te gaan. Toen wij de NK vastgelegd hebben op half juli, was de datum van de World Games nog niet definitief bekend en hebben we er rekening mee gehouden dat de World Games-rijders niet op de NK zouden zijn. Ervan uitgaande dat er vormbehoud werd getoond, zou dit dus ook niet nodig zijn.”

Scheperkamp verklaart dat dit soort besluiten altijd lastig blijven om te nemen. “Ik denk – waar we nu staan in Nederland - dat de beslissing om de rijders niet af te vaardigen naar de World Games het beste is voor de sport. Hoe vervelend ik het ook vind voor de rijders die het betreft en hoezeer ik het hen ook had gegund, maar dat telt niet in topsport. Ik ben blij met hun openheid en het signaal dat ze afgeven: met elkaar de sport weer naar een hoger niveau tillen. Om financiële redenen kunnen we als discipline inlineskaten nog geen volledig jaarprogramma aanbieden. Daar hebben we nu mee te dealen. We zijn bovendien aan het werk met de jeugd en kijken we of we hen langer kunnen behouden. Intern zijn we bij de KNSB bezig met multidisciplinair opleiden. Ik ga wederom met de rijders en coaches in gesprek, zodat we kunnen voortborduren op de ingeslagen koers en we verder kunnen bouwen aan een nieuwe toekomst in het inlineskaten.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan