Group 2
arrow copy Terug
Nieuws 15 sep 2021

Mathias Vosté: 'Wil laten zien dat ik niet voor niets in dit team zit'

Hij is misschien wel de de meest onbekende rijder uit de ploeg van Gerard van Velde, maar als het aan Mathias Vosté ligt, komt daar binnen nu en vijf maanden verandering in. De 27-jarige Belg van Team Reggeborgh is vastberaden om zich komend seizoen tussen de wereldtop te nestelen en droomt stiekem van het olympisch podium. "Op een goede dag is alles mogelijk."

Foto : Neeke Smit

Bewijsdrang
Via de telefoon onderhoudt hij het contact met zijn familie, die het volgens Vosté niet erg vindt dat hij niet zo vaak meer naar België komt. Zelf heeft hij ook niet per se de behoefte om elke maand die kant op te reizen. "Ja, je mist ze wel, maar ze begrijpen dat ik hier mijn leven heb opgebouwd. Bovendien weten ze dat ik hier goed ben opgevangen", doelt de 27-jarige schaatser met name op zijn werkgever waar hij sinds 2019 onder contract staat. Die werkgever is Team Reggeborgh, de schaatsploeg waar naast Vosté ook wereldtoppers als Kjeld Nuis, Hein Otterspeer, Ronald Mulder, Femke Kok en Ireen Wüst onderdeel van uitmaken. "Een heel leuke groep", beweert een enthousiaste Vosté.

"Iedereen kan goed met elkaar, er heerst een goeie sfeer, er wordt veel lol gemaakt en er wordt tevens serieus getraind. Ik had me geen betere ploeg kunnen wensen." Voor Vosté, die in de jaren ervoor veelal met 'subtoppers' trainde, was de stap naar een commerciële ploeg dan ook het beste wat hem had kunnen overkomen. "Ik heb het geluk gehad dat ik de kans heb gekregen bij Team Reggeborgh. Als buitenlander, en zeker als eenling, is het niet makkelijk om je weg te vinden", aldus Vosté, die niet kan ontkennen dat hij een soort bewijsdrang heeft. "Je hebt, om het maar even zwart op wit te zeggen, toch een plekje van een Nederlander veroverd. Dan wil je ook wel laten zien dat je niet voor niets in zo'n ploeg zit."

Omringd door 'goede jongens' merkt Vosté dat hij de afgelopen twee jaar een betere schaatser is geworden. In zijn eerste jaar bij de ploeg slaagde de Belg er namelijk tweemaal bijna in om het podium bij een World Cup te halen. Zowel in Nur-Sultan als in Heerenveen eindigde Vosté als vierde op de 1000 meter. Het afgelopen seizoen leek hij die lijn door te zetten met een tweede plek op de tweede 1000 meter van het EK Sprint, maar daarna ging het mis voor de Bruggeling. Tijdens een 100 meter-training scheurde hij zijn lies helemaal af, waardoor hij de rest van het seizoen, en de rest van de bubbel, aan zich voorbij moest laten gaan. "Dat was zuur, maar gelukkig had ik het nog goed afgesloten met die tweede plek op de 1000 meter."

Podium
Een voordeel was dat Vosté zich niet hoefde te laten opereren. "Ik had het geluk dat ik veel kon en niet veel pijn voelde; de pijn was namelijk leidend voor wat ik wel en niet mocht doen", aldus de sprinter, die nog altijd 'vrij voorzichtig' is, ook al is de lies vijf maanden na dato weer hersteld. "Ik hou me niet in tijdens de trainingen, behalve bij de start. Voor de rest is het wel de bedoeling dat ik alles op 100 procent doe." De 500 meter, zijn doorgaans mindere afstand, laat hij komend seizoen met het oog op de Olympische Spelen schieten. "Dat ga ik nu niet riskeren, maar eigenlijk was ik sowieso al van plan om me meer te specialiseren op de 1000 en 1500 meter. Voor een 500 meter is mijn opening gewoon niet snel genoeg."

Ondanks 'de grootste blessure' die hij ooit gehad heeft, merkt Vosté dat hij steeds dichter in de buurt van zijn oude niveau begint te komen. Het moet ook wel, vindt hij, want de Olympische Spelen staan over een klein half jaar al voor de deur. "Dit is wel het jaar waarin het moet gebeuren", aldus Vosté, die veel vertrouwen heeft in een goed resultaat. "Als je een paar keer vierde bent geworden in de World Cups, ga je wel hopen op iets meer. Op een goede dag is alles mogelijk en stiekem droom ik wel van het olympisch podium. Het zou mooi zijn als dat nu al kan gebeuren en zo niet, gaan we het over vier jaar nog eens proberen als het lichaam het houdt."

Voor Vosté, die als Belg al bijna zeker is van een olympisch startbewijs, worden het normaal gesproken zijn tweede Olympische Spelen. Bij de vorige Spelen in Zuid-Korea mocht hij vanwege de schorsing van de Russen op het laatste moment nog meedoen. "Dat was een mooie ervaring, alles is daar heel groots en strikt", stelt hij. "Bovendien had ik het geluk dat ik tegen een Koreaan mocht rijden, waardoor ik voor mijn gevoel bijna de baan werd uitgeschreeuwd. Het is net als in een vol Thialf rijden, maar dan nog veel gigantischer. Dat was echt absurd!" Zijn beste resultaat was plek 23 op de 1500 meter. "Dat klinkt niet heel mooi, maar van waar ik kwam, was dat best goed. Maar één ding weet ik zeker: ik ben nu veel beter dan toen."


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan