Het oog wil ook wat. Bij een sierlijke sport als het kunstschaatsen gaat het niet alleen om hoge sprongen en kracht. Nee, de details, de kleine finesses zoals het uitstrekken van je vingers of een extra schaatspass zijn in deze jurysport uiterst belangrijk. Maar ook de ogenschaduw en de lippenstift die de meisjes dragen en de wijze waarop ze hun haar op hebben gestoken, telt mee. "Ik doe wel mijn best om er mooi uit te zien’’, vertelt Lindsay van Zundert, die in het internationale deelnemersveld van de Challenge Cup als negende eindigde bij de junioren.
"Ik doe make-up zodat mijn ogen beter spreken en mijn moeder maakt dan een zijscheiding in mijn haar. Zij doet de staart en ik doe het knotje. Bij het kunstschaatsen is het wel belangrijk dat je er verzorgd uitziet.’’ Haar Belgische coach Ansje Bocklandt, die Lindsay traint in Antwerpen, knikt: "Je wilt geen grijze muis zijn op het ijs. Met dat soort extra details en haar verzorgde uiterlijk zet Lindsay zich neer als schaatsster. Ze zet een persoonlijkheid neer op het ijs en maakt zo naam bij de jury. Met haar sprekende ogen en mooie glimlach kan ze de jury echt overtuigen en krijgt ze net nog wat meer punten.’’’
In haar vrije kür vertelde Lindsay van Zundert op de ijsbaan De Uithof het verhaal van Spartacus. Met een hoop drama, afzien en lijden liet ze een liefdesverhaal zien. "Ik kan zo’n verhaal echt tot in het diepste van mijn zijn voelen. Ik ga helemaal op in die muziek en leg mijn gevoel in mijn schaatspassen. Bij de sprongen denk ik wel weer even na, maar verder ga ik echt op in de muziek en probeer ik dat Romeinse verhaal te vertellen.’’
Op De Uithof waren alle ogen op haar gericht. De jonge schaatsster uit Ettenleur had zich al eerder voor het WK Junioren in Estland geplaatst, dus iedereen verwachtte van haar dat ze ook wel even de Nederlandse titel binnen zou slepen. "Je moet het wel nog even doen, he. Gelukkig heb ik nooit zoveel last van druk. Ik wilde in de Challenge Cup gewoon goed eindigen en ik wilde mijn Nederlandse titel verdedigen. Ik ben blij dat dat is gelukt.’’
Met Isabella Smit, Roos van der Pas en Mikai van Ommeren had Van Zundert een paar gedegen concurrentes in de strijd om de Nederlandse titel. Voor haar vierde nationale titel moest ze diep gaan: "Op het ijs ziet het er misschien uit het vanzelf gaat, maar dat is niet zo. Ook voor deze titel heb ik heel hard moet werken en heb ik veel drievoudige sprongen gemaakt. Ik ben blij met de eerste plek, maar ik had hier graag wat meer punten willen halen. In mijn vrije kür ben ik ook één keer gevallen, dus dat had beter gekund.’’
Volgende week reist ze af naar het WK Junioren in Estland. Daar neemt ze op het tegen de wereldtop. "Natuurlijk is dat spannend, maar verder vind ik het vooral leuk om daar heen te gaan. Om te laten zien wat ik kan.’’ Haar coach knikt: "Lindsay is een echte vechter. Ze gaat er echt voor en doet er alles aan om een goede kür neer te zetten. Haar uitstraling is mooi, maar haar sprongen kunnen soms nog beter. Soms maakt ze haar drievoudige sprongen niet helemaal af en dan krijg ze daar minpunten voor. Daar gaan we deze week nog hard aan werken. Het zou mooi zijn als ze die volledige rotaties op het WK kan laten zien.’’