Met drie medailles op zak na twee Junior World Cups kan Merel Conijn tevreden terugkijken op haar debuut in dit internationale circuit. De 18-jarige rijdster van RTC Noordwest is eerstejaars A-junior en wist zich via de Residentie Cup te plaatsen voor de wereldbekerwedstrijden. "Dat had ik eerlijk gezegd niet verwacht", zegt Conijn. De top drie op de 500 en 1500 meter verzekerden zich van een startbewijs en Conijn werd derde op de schaatsmijl.
Ze had wel al schaatsspullen klaar staan, maar niet voor een reis naar het Noorse Bjugn. "We zouden eigenlijk naar Inzell gaan voor een trainingskamp", legt Conijn uit. "In het weekend was de Residentie Cup in Den Haag en zondagavond wisten we of ik naar de World Cups zou mogen of naar Inzell kon gaan." Dankzij haar goede prestatie bleef de ingepakte tas thuis achter en werd deze verruild voor een kledingpakket van Talent TeamNL. "Ik was natuurlijk superblij dat ik naar Noorwegen mocht. Je hoopt het, maar of het echt zou lukken wist ik niet."
Vingers omhoog
In het ijskoude Bjugn eindigde Conijn vorig weekeinde nipt naast het podium op de drie kilometer. "Ik was wel tevreden over mijn rit, maar dan baal je toch dat je er net niet bij zit." Een dag later was het wel raak en werd ze tweede op de 1500 meter achter Robin Groot. Op de wereldbekerwedstrijd in Enschede kreeg Conijn een zilveren en een bronzen medaille omgehangen. Vooral het zilver op de 3000 meter, haar favoriete afstand, kwam als een verrassing voor de Edamse.
Na de finish reed ze uitgeput rond op de inrijbaan en bij het passeren van de bocht waar haar ouders stonden, stak ze vragend twee vingers omhoog. Was ze nou tweede geworden? "Dat heb ik wel vaker", zegt Conijn lachend. "Als je klaar bent met een afstand ben je zo moe en kan je niet meer goed lezen of nadenken. Ik weet het dan nooit zeker, dus roep ik altijd naar mijn ouders. En als de coach het ook zegt, dan geloof ik het."
Vorig jaar veroverde de jongeling op IJsbaan Twente de nationale afstandstitel op de drie kilometer en werd ze in datzelfde weekend derde op het KPN NK Sprint voor junioren. Aan het einde van het seizoen voegde ze daar de Nederlandse allroundtitel aan toe. "Ik wil eigenlijk nog steeds zoveel mogelijk rijden, maar dat kan niet meer. Op de NK Afstanden richt ik me nu meer op de langere afstanden en misschien ga ik daar wel voor het eerst een 5000 meter rijden. Daarnaast blijf ik allrounden."