Het is maandagmiddag. Bij zomerse temperaturen van bijna dertig graden komen we aan bij het ouderlijk huis van Joy in het Overijsselse plaatsje Borne. "Goedemiddag, leuk dat jullie mij komen interviewen", zegt ze enthousiast. "Ik moet je even een hand geven met links, want met rechts gaat het een beetje lastig, ha."
De rechterarm van Joy zit in het gips. Drie dagen voor het interview is ze namelijk onderuitgegaan bij een skeelertraining. Daarbij kwam ze verkeerd terecht op haar rechterhand. "Ik heb de valpartij op beeld. Wil je het zien?", vraagt ze als we hebben plaatsgenomen aan de grote eettafel. Joy pakt haar telefoon erbij en toont de beelden.
"Ze waren toevallig aan het filmen tijdens de training. Ik reed achter mijn teamgenootje Kelly Eijsink en nam haar mee in de val. Kijk, hier ga ik op haar skeeler staan en gaan we allebei onderuit", Joy wijst het moment aan waarop het misgaat en zet de video op pauze.
"Ik zat te dicht achter haar en ging met een iets hogere snelheid de bocht in. Ik vang mezelf op met mijn linkerhand, maar daar heb ik helemaal geen last van gehad. Heel apart. Vervolgens kom ik met mijn rechterarm op het asfalt, dus daar zal ik de blessure hebben opgelopen. Het is natuurlijk erg balen, maar zulke dingen gebeuren. Een ongeluk zit in een klein hoekje zeggen ze toch?"
Stilzitten
Aanvankelijk denkt Joy dat het meevalt. "Ik wilde gewoon verder skeeleren, maar mijn coach zei dat ik eerst mijn wonden goed moest schoonmaken. Al snel werd ik misselijk en trok ik helemaal wit weg", herinnert Joy zich. "Ik belde mijn moeder en vroeg of ze me op kon halen. In de auto naar huis kreeg ik opeens superveel last van mijn hand, hij werd ook helemaal dik, dus besloten we toch maar even naar de huisarts te gaan."
Daar wordt als snel duidelijk dat er meer aan de hand is. "De huisarts stuurde mij eigenlijk direct door naar de spoedeisende hulp. Daar hebben we foto's laten maken, maar door de zwelling konden ze niet zien of het gebroken was. Ik moet over een paar dagen terugkomen."
Joy baalt dat haar dit moest overkomen tijdens de voorbereiding op het schaatsseizoen. "Ik kon wel huilen in het ziekenhuis. Ik dacht: daar gaat mijn voorbereiding. Nu ga ik sowieso achterlopen op de rest. Toch is het ook niet meteen het einde van de wereld. Die paar dagen in het gips overleef ik wel. Ik probeer zo veel mogelijk te doen. Stilzitten vind ik maar niks."