Takagi werd door Femke Kok al omschreven als topfavoriete voor het WK Sprint. Die titel heeft de Japanse op de eerste dag van het toernooi meer dan waargemaakt. Na een ijzersterke 500 meter (37,13) volgde een baanrecord (1.13,32) op de kilometer. Daarmee is de titelstrijd in principe gelopen in het vrouwentoernooi, al wil De Wit niet te vroeg juichen. “Miho staat ver voor, maar dat maakt het juist spannend. Het moet ook zo blijven.” De Noord-Hollander vond de prestatie op de 500 meter het meest indrukwekkend. “Wist dat ze dit op de 1000 meter kon, maar ze reed in het Olympische jaar een 37,12 en nu deze tijd. Ik weet dat ze het kan, maar twee jaar geleden in Hamar dachten we ook dat ze de 500 meter dik zou winnen. Toen reed ze 38,3 en was ze niet vooruit te branden.”
Het is niet uitgesloten dat Takagi zaterdag en zondag ook nog het WK Allround rijdt. Beide toernooien winnen zou het ultieme zijn voor De Wit. “Dat zou toch te gek zijn? Maar in het allroundtoernooi heb je ook nog wel een paar goeie rijdsters, dat is niet zomaar gedaan. Maar als ze met zo’n 500 meter begint aan het allroundtoernooi, dan worden er wel een paar bang...” Pas vrijdag na het WK Sprint wordt gekeken of de Japanse dit weekend in actie komt. “Ze moet kans hebben om te winnen, anders kun je beter niet starten. Ik vind haar te goed voor de vijfde plek, daar hoort ze niet te staan. Fysiek kan ze het wel aan om beide toernooien te rijden, denk ik. Maar zo’n 1000 meter tegen Femke, dat is wel echt op het scherp van de snede. Dat kost op zo’n dag heel veel energie. Na het sprinttoernooi is ze gewoon heel erg moe en we moeten zien hoe ze daarvan herstelt.”
Verschillende Nederlanders lopen op hun laatste benen en snakken naar het eind van het seizoen, maar dat is bij de schaatsers van De Wit niet het geval. “Ze moeten niet zo zeiken, meen ik echt”, zegt hij. “Slaat nergens op. We hebben zo’n acht wedstrijden per jaar, waar hebben we het over? Voetballers spelen drie wedstrijden per week. Zo’n WK is toch een prachtige wedstrijd, wij hebben ons goed voorbereid.”
Dat schaatsers die in beide toernooien hoge ogen kunnen gooien worden gedwongen om een keuze te maken, ligt aan de kalendermakers van de mondiale schaatsfederatie. “Als de ISU die toernooien uit elkaar trekt, staat Jordan Stolz hier ook aan de start. Met twee of drie man erbij die niet vallen, wordt het veel spannender. Dat vind ik jammer. Bij de vrouwen zou Antoinette (Rijpma-de Jong) ook beide toernooien kunnen rijden.” Zo staat Laurent Dubreuil aan de leiding in een gedevalueerd toernooi met Team Gold-rijder Ning op de tweede plek. Stolz wilde beide toernooien rijden, maar dat werd hem afgereden. Begrijpelijk, vindt De Wit. “Dat toernooi is zwaarder, de afstanden langer en er is meer tegenstand”, legt hij uit. “Wij hebben specifiek gekozen voor het sprinttoernooi, dat is een andere aanvliegroute. Focus je op het sprinten, dan kun je het allrounden daarna nog doen. Jordan wil liever allrounden, dan neem je een risico door het sprinttoernooi te rijden.”
De kopvrouw van Team Gold moet De Wit vrijdag zijn eerste wereldtitel van dit weekend bezorgen. “Ik vond haar na de 1000 meter best fris, daar ben ik blij mee”, zegt de coach, die met het allrounden in zijn achterhoofd waakt voor overmoed. “In zo’n toernooi moet je vier keer opladen, daarna valt alles van je af. Dan is die vermoeidheid echt voelbaar. Nu de wedstrijden van het allroundtoernooi in de middag zijn, is er nog minder tijd om te herstellen.”
Meer informatie over het WK Allround & Sprint staan hier.
