Tickets
Shop
Rubriek: Het moment van... 06 mrt 2024

Het moment van: Ronald Mulder

Rubriek over een speciaal moment van een sporter, coach, trainer of een ander personage uit de nationale schaats-, en skeelerwereld: een hilarische gebeurtenis, hoogte- of dieptepunt dat nog niet eerder is verteld.

Foto : Soenar Chamid

‘IK WAS IN EXTASE; HET NEDERLANDS RECORD WAS VAN MIJ!’
“Ik herinner me nog goed dat ene moment, mijn eerste echte doorbraak. Het was het olympisch jaar van Vancouver, 2009-2010. Het grote moment gebeurde tijdens de derde wereldbekerwedstrijd in Calgary. Jan Smeekers was destijds dé 500 meter-man in Nederland. Uit het niets werd ik op tweehonderdsten tweede op het NK, achter Jan, en plaatste ik me voor de wereldbekerserie. Ik was onbevangen. Het was ook het jaar dat ik voor het eerst bij een commercieel team zat, APPM. Ik had mijn werkzaamheden als gymleerkracht stilgelegd om volledig voor het schaatsen te gaan.

Op het gebied van materiaal was er bij mij nog veel te verbeteren. Zo werd ik geregeld uitgelachen omdat ik nog met sokken in m’n schaatsen reed. Ik besefte: dit moet anders. Ik wilde hetzelfde materiaal als waar de besten op reden. Op het ijs koos ik voor dezelfde schaatsen als Jeremy Wotherspoon en in de zomer voor de inlineskates die Chad Hedrick had.

Bij de schoenmaker van Wotherspoon, Scott Van Horne, liet ik nieuwe schoenen maken. Jeremy had op dat moment het wereldrecord, dus zijn materiaal moest goed zijn. Ik weet nog dat we op trainingskamp waren en Gerard van Velde tegen me zei: ‘Ik weet het niet, die nieuwe schoenen van jou. Volgens mij zijn die niks.’ Waarop ik zei: het voelt hartstikke lekker, laten we eerst kijken wat voor tijden ik hierop kan rijden. Tijdens een ijstraining in Erfurt, waarin we honderd meter op tijd reden, schaatste ik meteen drie tienden van mijn honderd-metertijd af. Gerard was meteen overtuigd: ‘Oké, deze laten we erop.’

In aanloop naar Calgary had ik veel zelfvertrouwen getankt. Ik won brons tijdens de tweede wereldbeker op de 500 meter in Heerenveen, in een persoonlijk record van 35.06. Ik weet nog dat ik nadien een interview had waarin mij werd gevraagd: ‘Wat is er tijdens de volgende World Cup in Calgary mogelijk, kun je een Nederlands record rijden? Ik zei niet ‘Ja, dat kan ik’, daar ben ik veel te bescheiden voor. Ik zei: als ik goed rijd, wie weet, dan kan het misschien gebeuren.

Het Nederlands record van Gerard van Velde stond al jaren op 34.59 seconden. Na afloop baalde ik van mijn uitspraak tijdens het interview. Misschien was het toch iets te veel gevraagd. In Calgary zou ik op snelheden komen die ik nooit eerder gevoeld had. Wellicht was het iets te veel branie en had ik niet te hoog van de toren moeten blazen. Desondanks besloot ik er vol voor te gaan, zonder de focus op m’n taken te verliezen. Ik was er niet vies van om te geloven dat het me zou lukken. Het zorgde tegelijkertijd voor een intrinsieke motivatie en een goede mindset.

Ik ging voor het eerst met het Nederlands team overzee. Eenmaal in Calgary voelde ik me niet superfit. Ik wist niet eens wat een jetlag was. Er was een materiaalman mee. Wat een luxe, dacht ik. Ik deed mijn schaatsen altijd zelf of Gerard deed het voor me. Na de laatste training besloot ik mijn schaatsen aan de materiaalman mee te geven. Er volgde echter snel een belletje van hem: ‘Ronald, de ronding en kromming in jouw schaatsen zijn niet goed.’ Ik in paniek: wat nu dan? Ik reed er hartstikke lekker op. Ik maakte hem duidelijk: Je blijft ervan af. Ik wilde niet van mijn goede gevoel afwijken. Heel even maakte het me onzeker, maar ik kon het gelukkig ook snel weer naast me neerleggen. Alhoewel hij zich aan zijn woord hield, heb ik mijn schaatsen sindsdien nooit meer weggegeven. Deze ‘verstoring’ in mijn voorbereiding wilde ik me niet nog een keer laten gebeuren.

Op de eerste 500 meter in Calgary moest ik tegen Kyou-Hyuk Lee. Deze Koreaan won veel destijds. Ik weet het nog precies. Het was 4 december 2009; de verjaardag van mijn zwager.
Ik startte in de buitenbaan. Kyou-Hyuk Lee had niet een heel bijzondere opening: 9.73. Vooral de eerste buitenbocht verliep bij mij heel goed, ondanks dat ik niet bekendstond om mijn fameuze bochten. Het deerde me niets. In het schaatsen gaat het om de tijd en niet om de schoonheid. Anders zouden we wel op kunstschaatsen hebben gezeten.

In de laatste bocht moest ik iets inhouden om Lee niet te veel te hinderen. Vlak voor de eindstreep kwam hij nog onderdoor. Hij versloeg mij met een paar honderdsten verschil. Ik was zesde geworden, maar ik had de snelste Nederlandse tijd ooit genoteerd. Het was voor mij de eerste keer onder de 35 seconden en ik was zeven honderdste sneller dan de tijd van Gerard. Ik was in extase; het Nederlands record was van mij!

Jammer genoeg was Van Velde er zelf niet bij. Trainer Johan de Wit trainde de allrounders in ons team en was meegereisd naar Calgary. Een groot deel van de sprinters was op trainingskamp in Collalbo, die Gerard begeleidde. Hij moest op afstand toekijken hoe zijn eigen pupil zijn Nederlands record afpakte.

Vlak na mijn race belde ik vanaf het middenterrein meteen met Gerard: sorry trainer, sorry. Hij vond het hartstikke mooi en we hadden een heel fijn gesprek. We werkten toen al anderhalf jaar samen en hadden met het team een missie: de beste sprinters proberen te worden.

Terugkijkend op dit moment, besef ik hoeveel het heeft bijgedragen aan mijn groei als atleet en als persoon. Het heeft me geleerd dat alles mogelijk is. Dit Nederlandse record is slechts een tussenstation op mijn reis naar de top geweest, maar het was een belangrijke mijlpaal die mijn vastberadenheid en doorzettingsvermogen bevestigde. Hoewel Jan Smeekens en mijn tweelingbroer Michel na die tijd het Nederlands record ook nog even in handen hebben gehad, ben ik trots dat ik sinds november 2013 opnieuw onafgebroken recordhouder ben. Echter, deze eerste keer dat ik 'm pakte in Calgary, was het meest fantastisch.”


Deel dit artikel op
Gerelateerde artikelen
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan