Tickets
Shop
Rubriek: Het moment van... 07 feb 2024

Het moment van: Bob de Jong

Rubriek over een speciaal moment van een sporter, coach, trainer of een ander personage uit de nationale schaats-, en skeelerwereld: een hilarische gebeurtenis, hoogte- of dieptepunt dat nog niet eerder is verteld.

Foto : Soenar Chamid

‘ALS KERSVERSE OLYMPISCH KAMPIOEN LIEP IK VERDWAALD DOOR HET CENTRUM VAN TURIJN’
“Mijn meest memorabele moment als schaatser is de gouden plak op de tien kilometer tijdens de Olympische Spelen van Turijn in 2006. Hier plukte ik de vruchten van een leerzame les die ik vier jaar eerder tijdens de Spelen van Salt Lake City had gehad. Daar was ik te veel bezig met de gevolgen van het winnen. Ik werd vijftiende. Ik wist: Het roer moet om, ik focus me alleen nog maar op mezelf en het hier en nu.

In het creëren van een soort tunnelvisie ging ik heel ver. Zo koos ik er bewust voor om voorafgaand aan de Spelen van Turijn minder aandacht te besteden aan de World Cups. Hierdoor zou ik lager in het wereldbekerklassement terechtkomen, waardoor ik als een van de eersten aan de start zou verschijnen in het olympisch programma en ik niet geconfronteerd zou worden met tijden van anderen. Bij het betreden van de Oval Lingotto voelde ik me volledig op mijn gemak. Ik had met niemand wat te maken. Mijn grootste concurrenten waren er nog niet. Ik kwam alleen rijders tegen waar ik niet heel bang voor hoefde te zijn.

Ik had een mooie loting. De Noor Øystein Grødum was mijn tegenstander. Zijn persoonlijk record was identiek aan die van mij, gereden op dezelfde wedstrijd: 13.05.71. Ik had gezonde spanning en was alleen maar bezig met starten, snelheid maken, slagen tellen en het goed aansnijden van de bochten. Ieder rondje konden we mooi met elkaar duelleren. Ik zat in een heerlijk positieve flow. Het enige dat ik dacht: ritme houden, ritme houden, ritme houden.

Ik kwam over de eindstreep en zag mijn tijd: 13.01,75. Een persoonlijk record, het was gelukt! Ik had gedaan wat ik moest doen: op het juiste moment hard rijden. Ik sloeg mijn hand voor mijn mond. Er was pure verbazing. Een halve ronde later kwam het besef: dit is niet zomaar een te kloppen tijd, kom maar op. Ik ben benieuwd wie dit nog meer kan.

De ruim anderhalf uur die volgde, was slopend. Ik liep het middenterrein af, waar ik Johann Olav Koss tegen het lijf liep. Hij feliciteerde me al met mijn gouden plak. Hij was de eerste, terwijl ik zelf nog in onzekerheid verkeerde of mijn tijd genoeg zou zijn. Ik heb naast mijn ouders op de tribune naar de overige races gekeken. In de laatste rit moest Carl Verheijen tegen Chad Hedrick. Op dat moment stond ik nog eerste. Ik had sowieso een medaille te pakken. Met mijn ouders heb ik toen al een klein feestje gevierd. Eenmaal terug op het middenterrein kon ik niemand van onze ploeg vinden. Mijn coach Ingrid Paul was er niet. Ook had ik onze fysiotherapeut gevraagd om te komen, maar ze waren in geen velden of wegen te bekennen. Eenzaam stond ik te ijsberen: zouden Carl of Chad nog onder mijn tijd doorkomen?

Halverwege hun race kwam Bart Veldkamp naar me toe en zei: ‘Dit gaan zij niet meer redden.’ Toen duidelijk werd dat hij gelijk had, kwam bij mij de echte ontlading en zakte ik door mijn benen van emotie. Je weet dan niet meer wat je doet. Chad was tweede geworden en Carl finishte in een derde tijd. Ik pakte een vlag die ik toegeworpen kreeg en rende daarmee rond. Daarna kreeg ik nog een vlag, maar die gooide ik aan de kant. Dit bleek later eentje met het wapen van mijn geboorteplaats Leimuiden te zijn. Nietsvermoedend rende ik rond met een vlag die eigenlijk voor Carl bedoeld was.

Leon, een goede vriend van me, sprong over de rijdende camera heen het ijs op om me te omhelzen. Dit werd door de beveiliging niet gewaardeerd. Ook werd ik langs de kant gefeliciteerd door m’n beste vriend Hein-Jan, Ireen Wüst en Chef de Mission, Ed Verheijen, die bij elkaar stonden. Dit zal als vader best dubbel zijn geweest. Zijn zoon moest genoegen nemen met brons. Ondertussen stond bondscoach Ab Krook hevig te zwaaien dat ik naar de ceremonie moest komen.

Eenmaal in de persconferentieruimte zag ik hilarisch genoeg vriend Leon tussen de aanwezige pers zitten. Na de huldiging in het Holland Heineken House ben ik om drie uur ’s nachts nog met een groepje de stad in gegaan. Langzamerhand dunde het aantal uit. Voordat ik het wist, liep ik als kersverse olympisch kampioen verdwaald door het centrum van Turijn. In m’n eentje, zonder geld en zonder enig idee waar ik naartoe moest. Een olympische accreditatie om mijn nek was het enige dat ik op dat moment had. Ik kon er de humor wel van inzien.

Aan twee agenten in een passerende politieauto vroeg ik waar het olympisch dorp was. Stilletjes met de hoop dat ze me een lift wilden geven. Hun antwoord: ‘Dat is tien kilometer die kant op’. Ah, in dertien minuten ben ik er dan wel, reageerde ik lachend, refererend aan de tijd van mijn gouden race. De agenten snapten mij niet. Voor mij was de binnenpret genoeg. Met een paar vrijwilligers ben ik een tram ingestapt met de gedachte: zij zullen vast naar een Olympische accommodatie gaan... Langzamerhand kwam ik weer wat bekends tegen en hervond ik de weg.

Terug in het olympisch dorp liep ik shorttracker Niels Kerstholt (tegenwoordig bondscoach van TeamNL Shorttrack) tegen het lijf, die net onderweg was naar de eetzaal. Daar hebben we samen ontbeten met een nietsvermoedende en de toenmalig IOC-voorzitter, Jacques Rogge. Het ontvangen van de gouden medaille op Medal Plaza later op de dag, uitgereikt door sportlegende Anton Geesink, voelde als de kers op de taart. Het goud gaf me niet alleen een tastbaar symbool van succes, maar ook een stempel in de geschiedenis van het Nederlandse schaatsen. Meer hierover is te lezen in mijn biografie ‘Bob Anders’.”

Foto : Neeke Smit

Meer informatie over de Bob de Jong Bokaal/ NK Neo-senioren 10 km (m)/ 5km (v), dat op zondag 11 februari wordt verreden, is hier te vinden.


Deel dit artikel op
Gerelateerde artikelen
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan