Tickets
Shop
Langebaan 21 nov 2023

Dromen van Winterspelen op idyllisch Italiaans bergmeer Lago Palú

Over vijftig dagen beginnen de Winterspelen in Italië. Huh? Jazeker, op 11 januari 2024 is de openingsceremonie van de Winter World Master Games, ofwel de Winterspelen voor sporters van 30 jaar en ouder. Vijftig Nederlanders staan al ingeschreven, onder wie 43 langebaners, die schaatsen op een bevroren bergmeer, 1800 meter hoog.

Foto : IMGA

Michiel Wienese heeft bijkans slapeloze nachten van het avontuur dat lonkt. Hij nam vorig jaar al een kijkje bij Lago Palú, in de Italiaanse Alpen bij de grens met Zwitserland. “Het is werkelijk schitterend gelegen”, vertelt de masterschaatser (44) uit Krommenie, die op de 3000 meter zijn titel verdedigt. “Maar op dat natuurijs ligt ook vaak een dik pak sneeuw. Het wordt heel spannend hoe de ijskwaliteit zal zijn. De dweilmachines moeten ze straks per helikopter invliegen. Die wegen 3500 kilo per stuk, wat betekent dat je minimaal 25 centimeter ijs moet hebben.”

De voorpret is groot bij de vijftig Nederlandse atleten die zich reeds voor deze Winter World Master Games hebben ingeschreven. Hun voorbereiding op het sportevenement is in de meeste gevallen bloedserieus. Wienese slaapt straks zelfs enkele weken in een hoogtetent om in zijn beste vorm aan de start te staan op Lago Palu, maar dat verhaal vertellen we later deze winter nog. Wat zijn die Winter World Master Games eigenlijk?

In het Italiaanse Lombardije heeft van 11 t/m 21 januari 2024 de vierde editie plaats van dit ‘grootste multisport-winterfestival voor atleten van 30 jaar en ouder’, zoals de organisatie het zelf omschrijft. Het is de winterse variant van de World Master Games, die bestaan sinds 1985. De laatste editie van die zomerspelen was in 2017 in het Nieuw-Zeelandse Auckland, waaraan ruim 25.000 atleten deelnamen. “Daarna kwam de coronapandemie, waardoor de editie van 2021 in Japan helaas niet doorging. De volgende zomereditie is in Taipei, 2025. Wij kijken echt uit naar Lombardije. We kunnen weer!”, zegt Kirsty van Peer, (de Nederlandse) perschef van de organiserende International Master Games Association, die officieel erkend is door het Internationaal Olympisch Comité.

Souvenir van Québec. | Foto : Eigen foto

De eerste Winterspelen voor Masters werden in 2010 gehouden in het Sloveense Bled. Na Quebec (Canada, 2015) was het in 2020 de beurt aan Innsbruck (Oostenrijk), waar 3234 deelnemers in twaalf sporten ruim 2500 medailles verdeelden. Voor een eerlijke competitie wordt gewerkt met leeftijdscategorieën van steeds vijf jaar: dus 35-39 jaar, 40-44 jaar, en zo door tot 80 jaar en ouder De Nederlandse delegatie, die alleen uit langebaanschaatsers bestond, was er aardig succesvol. Zij keerde huiswaarts met 97 medailles, waarvan er 43 goud kleurden. Op de medaillelinten prijken de vijf olympische ringen, want het IOC heeft deze Spelen voor Masters intussen officieel erkend. Naast de sport is ook de gezelligheid, het samenzijn belangrijk. De lokale economie van Tirol profiteerde aardig mee, want de sporters en hun gezelschap gaven zo’n 6,8 miljoen euro uit aan overnachtingen, maaltijden en vertier.

Na Innsbruck, waar alle stadions en pistes op korte afstand van elkaar lagen, is het de beurt aan de Italiaanse regio Lombardije. Sondrio, gelegen tussen Bergamo en het Zwitserse Sankt Moritz, is het stadje waar zo’n 50 nationale vlaggen zullen wapperen tijdens de openings- en sluitingsceremonie van deze WWMG. Wie van daaruit alle sporten wil bekijken, moet rekening houden met wat reistijd. De sportarena’s liggen hemelsbreed weliswaar best dicht bij elkaar, de regio is bergachtig en dus wat moeilijker te doorkruisen.

De Nederlandse atleten komen op twee plekken in actie. De shorttrackers en kunstrijders hebben hun wedstrijden in het Palaghiaccio in Bormio. Dat is een bekende plek voor onze kunstrijders en shorttrackers; het Nederlandse shorttrackteam belegt er bijna jaarlijks een trainingskamp.
Het IJspaleis van Bormio ligt op bijna twee uur rijden van de skilift die je naar Lago Palú brengt, het bergmeer waarop de langebaanschaatsers om de medailles zullen strijden. “Ze hebben daar nog nooit eerder een 400-meterbaan gemaakt. Maar we hebben de ijsmeester van Baselga ingehuurd, dus dat moet goed komen”, zegt Kirsty van Peer.

De inschrijving voor deze Winterspelen voor Masters sluit officieel op 1 december. De organisatie verwacht straks zo’n drieduizend deelnemers te kunnen verwelkomen, net als in 2020. Toen kwamen de schaatsers, skiërs, biatleten en andere sporters uit 55 landen. Het deelnemersveld varieerde van actieve recreant tot olympische medaillewinnaars, zoals de Japanse sprintster Tomomi Okazaki. Zij won op de 500 meter in Nagano (1998) en behaalde nu goud op diezelfde afstand. De gemiddelde leeftijd in Innsbruck was vorige keer 51,5 jaar. Oudste deelnemer: een 87-jarige skiër uit Italië.

`Op de foto met oud-coryfee uit Japan, Tomomi Okazaki (l). Midden: Mark Ooijevaar en rechts Michiel Wienese. | Foto : Eigen foto

Voor de komende editie hebben zich vooralsnog exact vijftig sporters uit Nederland aangemeld: 3 kunstrijders, 4 shorttrackers en 43 langebaanschaatsers. Het aantal Nederlandse shorttrackers zal boven de tien uitkomen. Onder hen bevindt zich de enige landgenoot die al aan drie verschillende Olympische Spelen deelnam: Jeroen Straathof (51). Hij was als schaatser actief op de Winterspelen van 1994, nam als baanwielrenner deel aan de Zomerspelen van 2004 en won tussendoor goud als tandemrijder op de Paralympics van 2000.

Bij het langebaanschaatsen kom je geen grote namen van oud-toppers tegen in de Nederlandse équipe. Wie jarenlang voor TeamNL aan EK’s en WK’s heeft deelgenomen, en als schaatser zijn/haar brood heeft verdiend, ziet geen uitdaging in het mastercircuit. Op de deelnemerslijst prijken wel namen van mensen die als master nationale en/of wereldtitels hebben behaald. Onder hen ook Bart Seffinga en Eva Riemersma (zie kaders).

Voor de echte Winterspelen is het Olympisch Kwalificatietoernooi (OKT) een hel voor Nederlandse topschaatsers, die nachtmerries krijgen van de prestatiematrix. De concurrentie is moordend en het aantal startplekken beperkt. Één mispeer of valse start kan betekenen dat vier jaar trainingsarbeid voor niks is geweest. Van dergelijk drama is bij de WWMG geen sprake, want iedereen van 30 jaar en ouder mag meedoen in Lombardije. Geen selectiewedstrijden, zelfs limiettijden worden niet geëist. Dat laatste is overigens wel het geval bij NK’s of WK’s voor masters.

Het enige wat je als WWMG-deelnemer moet doen is vakantiedagen opnemen, 200 euro inschrijfgeld betalen én je eigen reis, onderdak en maaltijden regelen. Dat laatste is nog best een gepuzzel, want waar doe je goed aan? Waar kies je een hotel of appartement, als je wedstrijden gaat schaatsen op 1800 meter hoogte? Wanneer reis je af om aan die hoogte te wennen? Een chef d’équipe kent het gezelschap niet, en ook geen organisatie die de logistiek regelt, zoals NOC*NSF dat doet bij de Olympische Spelen. Om nuttige, praktische informatie met elkaar uit te wisselen, is simpelweg een appgroep in het leven geroepen.

Omdat selectie-eisen ontbreken en kwalificatie niet nodig is, haalt menigeen zijn schouders op over de waarde van het evenement. Wat is een 'olympische' masterstitel waard, als werkelijk iedereen aan de start mag verschijnen? Meedoen is bij de WWMG belangrijker dan winnen, het plezier in de sport staat voorop. Respect voor elkaar, vriendschappen sluiten, schaatsen met een glimlach op je gezicht, gewoon omdat je het leuk vindt. Wat is er mooier dan je sport tot op hoge leeftijd nog steeds te kunnen beoefenen, samen met gelijkgestemde atleten uit heel de wereld?

Bart Seffinga: ‘Het wordt een 10 of een 1, maar sowieso een avontuur’
Schaatsen op een bergmeer dat nooit eerder als ijsbaan werd ingericht? “Ik weet niet wat ik ervan moet verwachten. Het kan een 10 worden of een 1”, zegt Bart Seffinga (43), sprinter uit het Drentse Annen. “Als je daar op hoogte rijdt, onder een strak blauwe hemel, met prima ijs zonder scheuren, dan is het geweldig. Maar het kan ook zijn dat je een ijsbaan krijgt van de kwaliteit Bokkeneukerveen, waar je in de eerste bocht al onderuit gaat en in een berg sneeuw belandt. We zien het wel. Vanuit mijn werk kan ik goed improviseren.”

Seffinga is brandweerman bij het korps in Groningen. Dankzij de 24-uursdiensten die hij daar draait, kan hij dagelijks trainen. Tijdens zijn diensten doet hij dat gewoon op de kazerne: sprintjes, sprongen, dat werk. Op vrije dagen zit hij op de fiets of schaatst hij in Thialf. “Ik vind mijn werk hartstikke leuk en ik vind schaatsen hartstikke leuk, dus dit is een mooie combinatie.”

Bart Seffinga is een hard schaatsende brandweerman. | Foto : Stephan Tellier

Deze aanpak heeft schaatser Seffinga bij de masters al twaalf wereldtitels opgeleverd. Van de vorige WWMG keerde hij terug met twee gouden (500 en 1000 meter) medailles en één zilveren (1500 meter). Hij heeft genoten in Innsbruck, bij die Winterspelen voor Masters. “Qua omvang kun je het wel vergelijken met de Olympische Spelen. Je treft er ook eens nieuwe mensen, ook uit andere sporten. Het is gewoon een leuk evenement.”

De 43-jarige Drent is een begeesterd amateursporter. Hij begon pas op zijn 21e met schaatsen, toen zijn liefde voor het voetbal tanende was. Het schaatsen ging hem goed af, al kon hij zich natuurlijk nooit meer meten met de echte toppers. Van het mastercircuit geniet Seffinga nog als een jonkie. De gedrevenheid is groot, al zal hij nooit in een hoogtetent gaan slapen. Het moet ook voor zijn vriendin ook een beetje leuk blijven.

Hij weet dat mensen soms de wenkbrauwen ophalen als ze masters zien knokken voor een podiumplek op NK of WK. “De een vindt het leuk wat wij doen. Een ander denkt: laat die fossiel lekker thuis achter de geraniums blijven. Ik maak me niet zo druk om wat anderen ervan vinden. Ik schaats omdat ik er heel veel plezier in heb.” Dat blijft hij ook doen zolang hij een beetje in de buurt van zijn pr’s blijft rijden. “Als dat niet meer het geval is, kan de frustratie de overhand krijgen.”

Zijn doelen voor dit seizoen? In de categorie 40+ wil Seffinga weer titels scoren op het NK 500 meter, de WK Sprint én de Winter World Master Games. “Daar wil ik drie keer goud halen.” Aan zijn eigen voorbereiding zal het niet liggen, die loopt vooralsnog soepel. Maar ja, hoe zullen de ijs- en weersomstandigheden zijn op Lago Palú? Wordt het een feest of misère? “We gaan het zien. Het verblijf is geboekt, vlakbij de skilift. Je kunt straks beter zeggen ‘ik was erbij maar het was helemaal niks’, dan dat je achteraf schitterende beelden ziet en zegt: was ik er toch maar heen gegaan.”

We all become masters luidt een slogan van de IMGA. En zo is het ook. Wie niet vroegtijdig sterft wordt vanzelf een master, een oudere sporter. De Nederlandse overheid wil graag dat we ons leven lang blijven bewegen en sporten. Omdat sport goed is voor je gezondheid en overgewicht tegengaat, omdat het sociale contacten oplevert en dus eenzaamheid voorkomt. “

“Dat is ook wat wij als schaatsbond graag stimuleren. Sporten is gezond en schaatsen kun je tot op hoge leeftijd doen”, zegt Jurre Trouw, manager sportparticipatie van de KNSB. “Het is mooi dat er ook kampioenschappen zijn voor de oudere doelgroep sporters; dat geeft hen een doel om naar toe te werken. De Winter World Master Games zijn dan ook een prachtig voorbeeld van inclusiviteit: iedereen hoort erbij, ongeacht leeftijd of niveau.”

Bij de vijftig Nederlandse deelnemers ligt de focus de komende vijftig dagen volledig op de WWMG. Maar er is meer. Voor de liefhebbers van de korte afstanden is een week na deze Winterspelen de WK Sprint voor Masters in Baselga di Piné, ietsje verderop in Italië. Diverse langebaners reizen na hun Spelen meteen door, om ook daar op medaillejacht te gaan.

En dan heb je aan het eind van deze schaatswinter nog een mooi masters-evenement in eigen land: de WK Allround voor Masters, van 1 t/m 3 maart in Enschede. Op IJsbaan Twente verschijnt mogelijk ook Gaétan Boucher (65) aan de start, olympisch kampioen uit Canada. Wie houdt hem in de categorie 65+ van de overwinning af? Victor van den Hoff (68) vocht vorig jaar nog een stevige battle met Boucher uit, op het WK in Calgary. Wat er ook gebeurt, dit WK Allround in eigen huis vormt voor de Nederlandse masters een aantrekkelijk toetje van seizoen 2023-2024.

Meer informatie over de International Master Games vind je hier.

Eva Riemersma: ‘Je moet wel gek van schaatsen zijn om in ijskou 10 km te rijden’
Haar zoontje van acht vroeg laatst: mama, wanneer stop je nou echt met schaatsen? Eva Riemersma – Van Rheenen (40) moest er wel om lachen. Ze zei het marathonpeloton al twee keer vaarwel, want werk en gezin kosten nu eenmaal veel tijd. Maar trainen bleef ze doen. En ja… “Toen kwamen deze Winter World Master Games voorbij, op dat prachtige bergmeer, hoe speciaal is dat! Dat lijkt me een heel toffe uitdaging, dus ik ben gewoon weer een nieuw doel gaan maken.”

Vorig seizoen reed Riemersma nog als marathonschaatsster mee in de beloftendivisie. Dit seizoen traint de Ellecomse weer volop voor de langebaan. Wekelijks twee keer schaatsen op De Scheg in Deventer, vier keer fietsen (buiten of thuis op de Tacx) en nog twee keer naar de sportschool. En dat naast haar baan als huisarts (vier dagen per week) en een gezin met twee kinderen. De liefde voor de sport is groot. “Als je boven op die berg in de ijskou tien kilometer gaat schaatsen, ben je wel heel erg gek van schaatsen.”

Eva Riemersma schaatst twee keer per week, zit vier keer op de fiets doordeweeks en gaat nog twee keer naar de sportschool in de week. Verder is ze huisarts en moeder van twee kinderen. | Foto : Vincent Riemersma

Bij de WWMG in Innsbruck pakte Eva vier gouden medailles: op de 1500 meter en de 3, 5 én 10 kilometer. Meteen daarna werd ze ook nog wereldkampioene allround in Collalbo. Het leverde haar de verkiezing tot sportheld van de gemeente Rheden op. Dat deed haar dat deugd, al relativeert ze zelf deze successen, want in haar leeftijdscategorie (toen 35+, nu 40+) is de concurrentie niet zo groot. “De meesten zitten nu in de fase van werk en kinderen, waardoor ze tijdelijk stoppen met schaatsen. Later wordt de tegenstand weer sterker.”

Hoe sterk of zwak de concurrentie ook is, haar plezier in het schaatsen staat voorop. En zo’n evenement als de WWMG is een week lang puur genieten. “Ik noem het gewoon de Olympische Spelen voor Masters”, zegt ze. Daarbij hoort het contact met andere atleten uit de hele wereld, terwijl de onderlinge betrokkenheid groot is. “Bij de tien kilometer in Innsbruck stonden allemaal Nederlanders langs de baan om mij naar de overwinning te roepen. Nu was dat bij gebrek aan tegenstand niet zo moeilijk, maar het was wel mooi, en ik reed zelfs wereldrecord.”

In Lombardije wil Eva liefst weer vier gouden medailles scoren, om daarna in maart ook wereldkampioene allround te worden in Enschede. Daar traint ze hard voor, bij haar club De Stokvisdennen. Daar sluit ze noodgedwongen aan bij de groep van 13- tot 18-jarigen, want als master is het soms moeilijk een plek te claimen. “Wij zijn geen profs, maar willen wel gezien worden. Ik kan mijzelf nog steeds verbeteren, rijd nog steeds een PR op de 1500 meter. Dus vraag ik aan onze trainer Freddy Wennemars bijvoorbeeld of hij eens naar mijn start wil kijken, want ik doe dit seizoen ook gewoon mee aan een WK.”

In januari wil ze vlammen op Lago Palú. Lekker in de buitenlucht, mogelijk in de vrieskou met sneeuw en wind, maar sowieso op natuurijs. Hoe de condities zullen zijn is ongewis. “Als de weersomstandigheden zwaar zijn, komt de marathonschaatser in mij boven. Wij zijn gewend om te bikkelen, dat geeft mij mogelijk wat voordeel op langebaners. Liefst win ik daar weer vier keer goud. Dus ik werk keihard om in Italië het beste uit mezelf te kunnen halen.”

 


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan