Met de onthullingen van meldoniumgebruik van meervoudig wereldkampioen Pavel Kulizhnikov is eens te meer duidelijk dat ook in een technische sport als schaatsen doping voorkomt. Sterker nog, er is een lange geschiedenis van dopingzaken in de sport sinds de invoering van dopingcontroles in de jaren zestig. We zetten ze op een rijtje.

1976 – Galina Stepanskaja

Een van de eerste dopingzaken speelde in 1976 bij de Winterspelen in Innsbruck. Galina Stepanskaja, uitkomend voor de Sovjet-Unie, zou na de 500 meter positief getest zijn op doping. De winnares van de 1500 meter van die Spelen komt echter met de schrik vrij omdat het laboratorium stuntelt met het urinemonster en er geen contra-expertise gedaan wordt.

1980 – Russische herenploeg trekt zich terug voor EK

Ook in 1980 zorgen de Russen voor dopinggerucht. In dat jaar slaagt wereldkampioene Natalja Petrusjeva bij een dopingcontrole er niet in het gevraagde plasje te produceren. De argwaan die dat opwekt, wordt versterkt als de Russische herenploeg zich in dezelfde periode terugtrekt voor het EK in Trondheim. De volledige ploeg zou ziek zijn.

1983 – Johan Granath

De Zweedse sprinter Johan Granath wordt in 1983 bij een nationale controle betrapt op het gebruik van anabole steroïden. De wereldkampioen sprint van 1976 wordt uit de nationale ploeg gezet en voor vijftien maanden geschorst. Het betekent het einde van zijn carrière.

1984 – Karin Kania

Bij de Winterspelen van 1980 won de Oost-Duitse Karin Kania, die later als Karin Enke op het ijs zou komen, goud op de 500 meter. Vier jaar later, bij de Spelen in Sarajevo haalde ze zelfs vier medailles, goud op de 1000 en 1500 meter, zilver op de 500 en 3000 meter. Haar prestaties werden in die tijd met argwaan bekeken, maar dopinggebruik werd nooit aangetoond. Tot 2010 toen Giselher Spitzer, historicus aan de Humboldt Universität in Berlijn, aan de hand van archieven van de Stasi aantoonde dat Kania in 1984 doping toegediend had gekregen. Hij deed dat in het Nederlandse tv-programma Andere Tijden.

1984-1988 – Botsjkarjov bekent

Dimitri Botsjkarjov, de nummer twee van de WK Allround in 1982, bekent in september 1991 tussen 1984 en 1988 gedrogeerd aan wedstrijden te hebben deelgenomen. In die periode kan hij weinig potten breken en is zijn beste resultaat een zesde plek op de tien kilometer van de Spelen van 1984 en een achtste plek op het EK allround van 1988.

1988 – Handel in dopingpillen Guljajev en Krosby (1988)

Nikolai Guljajev uit Rusland is zelf nooit betrapt op doping, maar is in januari 1988 wel betrokken bij een schandaal rondom anabole steroïden. De Europees en wereldkampioen van 1987 wil via de Noor Bjorn Nyland een pakketje laten bezorgen aan diens landgenoot Stein Krosby. De Noorse bondscoach Hans Trygve Kristiansen vertrouwt het niet en laat het pakketje controleren. Het bevat 750 pillen methandtostendolin 0,005, een spierversterkend middel, afkomstig uit de Sovjet-Unie.

Krosby en Guljajev geven toe dat ze in de middelen handelen en de Noor bekent ook het gebruik ervan. Hij wordt geschorst voor anderhalf jaar. Guljajev komt er zonder al te veel problemen vanaf. Hij krijgt een berisping omdat hij als koerier heeft gefunctioneerd en wint even later in Calgary de olympische titel op de 1000 meter.

1988 – Roemeense juniores
Bij de WK Junioren in Seoul in 1988 lopen de Roemeense rijdsters Simona Hordobetiu en Mahaela Dascalu tegen de lamp. Beide meisjes moeten anderhalf jaar aan de kant staan, maar rijden vanaf de vroege jaren negentig weer mee bij de senioren. Dascalu wordt in 1994 zelfs derde op het WK Allround.

1988 – Schorsing Chinese rijdsters

Het Chinese duo Xiuli Wang en Qiaobo Ye krijgt dezelfde straf als de Roemeense rijdsters nadat het tweetal tijdens de WK Sprint in West-Allis in februari 1988 op het gebruik van verboden middelen is betrapt. De Chinese autoriteiten schorsen beide rijdsters vervolgens voor tien jaar. In de winter van 1990 keren de twee echter plotseling terug op het ijs. Een Chinese arts werd namelijk als kwade genius aangewezen. Hij zou de rijdsters verboden pillen hebben gegeven zonder dat de rijdsters wisten dat deze pillen verboden waren.

1989 – Twee dopinggevallen

De Noord-Koreaanse Song-Hwa Son wordt in 1989 betrapt op dopinggebruik bij een World Cup in november in Oost-Berlijn. Bij het EK in West-Berlijn in datzelfde jaar wordt de Russin Ljudmila Filimonova voor een vergelijkbaar vergrijp voor vijftien maanden geschorst.

1992 – Zaak Karsten

In 1992 zorgt huisarts Michel Karsten voor opschudding. Hij laat bij herhaling weten dat hij sporters begeleidt in het gebruik van doping. Hij zou daarbij in ieder geval één Nederlandse schaatser anabole steroïden hebben toegediend in de voorbereiding op de Olympische Spelen van Albertville 1992. Namen zijn nooit bekend geworden.

2000 – Te hoge hematocriet

In navolging van de wielerwereld wordt vanaf 2000 ook gecontroleerd op EPO, niet direct op het werkzame middel, maar op het gevolg: een hogere hematocrietwaarde van het bloed. Bij de WK Afstanden in Nagano worden er twaalf rijders en rijdsters aangetroffen met een te hoog hematocriet. Marianne Timmer is een van hen, maar er zijn geen gevolgen. De betrokkenen trekken de testmethode in twijfel. “Achteraf bleek dat die uitkomsten aan een verkeerde ijking en foute bediening van het apparaat hebben gelegen”, laat Hans van Kuyk, op dat moment bondsarts van de KNSB, weten.

2003 – Nancy Swider Pelz jr.

In 2003 wordt de pas zestienjarige Nancy Swider-Pelz jr geschorst voor het gebruik van stimulerende middelen. Ze wordt dan getraind door haar eigen moeder Nancy Swider-Pelz, voormalig olympisch kampioen schaatsen op de 1000 meter.

2005 – Anzjelika en Anzjelika

In 2005 wordt de Wit-Russische Anzjelika Kotjuga gepakt op het gebruik van spierversterkende middelen en geschorst voor een periode van twee jaar. Kotjuga draaide al sinds 1995 zonder opzienbarende resultaten mee in het schaatscircuit. In 2002 breekt ze als 31-jarige pas door met een bronzen medaille op het WK sprint. In 2003 pakt ze brons op de 500 meter bij de WK Afstanden. Het jaar erna grijpt ze zilver. In 2005, het jaar dat ze gepakt werd, wint ze haar eerste wereldbekerwedstrijd en wordt ze tweede op het WK Sprint, haar beste prestatie ooit. Ondanks haar positieve test behoudt ze die resultaten.

In de zomer van van hetzelfde jaar loopt Anzjelika Garvrilova bij een onverwachte controle tegen de lamp. De schaatsster uit Kazachstan werd geschorst voor het gebruik van het spierversterkende middel clenbuterol.

2009 – Claudia Pechstein

De grootste en meest spraakmakende affaire rondom schaatsdoping speelt nog altijd rond vijfvoudig olympisch kampioene Claudia Pechstein. Er gingen al lang geruchten, maar deze verdachtmakingen konden nooit hard gemaakt worden. Tot juli 2009, dan maakt de tuchtcommissie van de ISU bekend dat Pechstein geschorst is vanwege het gebruik van bloeddoping.

Interessant hierbij is dat Pechstein geschorst is op basis van schommelende bloedwaarden in haar biologische paspoort en niet op basis van een aangetroffen dopingmiddel. Rond het WK Allround in Hamar is er in Pechsteins bloed een sterk verhoogd aantal reticulocyten (jonge rode bloedcellen) aangetroffen. Dit wijst volgens de ISU op bloeddoping.

Pechstein zit haar schorsing uit, maar blijft het besluit van de ISU aanvechten. Zelfs op dit moment loopt er nog een rechtszaak waarin Pechstein haar gelijk probeert te krijgen.

2009 – Wesley Lommers

De eerste echte Nederlandse zaak komt in 2009 in de publiciteit. De talentvolle C-junior Wesley Lommers test positief. Hij wordt verdacht van het gebruik van anabole steroïden. In eerste instantie wordt hij wegens procedurefouten vrijgesproken, maar de KNSB en de Nederlandse dopingautoriteit gaan tegen dit vonnis bij het CAS in beroep en krijgen gelijk. Lommers wordt voor twee jaar geschorst.

2012 – Sergei Lisin

In november 2012 wordt de Russische schaatser Sergei Lisin betrapt op het gebruik van EPO. De 33-jarige schaatser verrast het schaatspubliek door tijdens de Russische afstandskampioenschappen ineens 34 seconden van zijn persoonlijk record af te snoepen, een opmerkelijke progressie van iemand van die leeftijd. Dat vinden de dopingcontroleurs ook en de Russisch kampioen valt al snel door de mand en wordt voor twee jaar geschorst.

2012 – Pavel Kulizhnikov

Als junior maakt Pavel Kulizhnikov indruk bij het WK voor junioren in 2012 in Obihiro. Hij wint er de 1000 meter en pakt brons op de 1500 meter. Na een half jaar krijgt hij het bericht dat hij die medailles weer mag inleveren. Hij is betrapt op het middel methylhexanamine. In 2016 is het opnieuw Kulizhnikov die het middelpunt vormt van een dopingschandaal in de Russische en internationale schaatssport.

Inmiddels is hij wereldrecordhouder op de 500 meter en regerend kampioen 500 en 1000 meter en tweevoudig winnaar van het WK Sprint.