Doorgaans is er weinig te beleven in het Gelderse Veldhoek, maar de komst van zo'n tweehonderd coureurs voor de tweede ronde van het NK Autocross laat het gehucht in de Achterhoek sidderen. Een van die coureurs is Sjinkie Knegt (33). Hij doet met zijn geprepareerde Subaru Impreza mee in de Toerwagenklasse. Het is een van de snelste divisies, waarin de beste techneuten excelleren. In de klasse wordt oneindig veel geld gespendeerd aan een beetje extra vermogen, aan iets meer snelheid op de baan. Maar Knegt doet het - zoals wel vaker - op zijn eigen manier, hij mengt zich niet in die mate in de strijd. “Ik doe in principe alles zelf”, zegt de man uit Bantega. “Banden kunnen we zelf niet maken, het aanschaffen daarvan is altijd een grote investering, maar verder doe ik alles zoveel mogelijk zelf.”
Voor Knegt is de wedstrijd in Veldhoek ook een familieaangelegenheid. Vader Joost helpt na elke race met het sleutelen en het schoonmaken van de auto. Moeder Liesje vervult een belangrijke taak met het verzorgen van de catering. Ook dochter Myrthe en zoon Melle hebben inmiddels een kleine crossauto waarmee ze regelmatig in actie komen, zij bewegen zich vrij op het rennerskwartier. Ze krijgen deze sport met de paplepel ingegoten, net zoals dat bij de shorttracker het geval was. Knegt ging als kind al naar de cross, was geïnteresseerd in de techniek en hielp met het maken van onderdelen voor de auto's van zijn vrienden.
Op een gegeven moment begon het te kriebelen bij ‘de Schicht uit Bantega’ om zelf eens achter het stuur te kruipen. “Omdat ik mijn eigen ideeën over de techniek van zo’n auto nooit helemaal kwijt kon”, legt hij uit. “Na de Spelen van 2018 heb ik een eigen auto gebouwd. Tot dat moment liet ik het altijd vanwege het schaatsen, maar ik had al heel wat bereikt en dit is een mooie hobby. Ik heb overlegd met Jeroen (Otter, toenmalig bondscoach, red.) of ik zou mogen crossen. Ik wist zeker dat het verantwoord was, daar zijn we wel uitgekomen.”
Knegt maakt zijn debuut in een van de snelste klassen van het kampioenschap. Het is geen vanzelfsprekende stap voor rijders zonder ervaring, menig kenner had twijfel bij de keuze van de man uit Bantega. “Ik had geen enkele ervaring”, vertelt Knegt. “Als je in zo’n auto stapt heeft het geen zin om direct te beginnen met 600 pk vermogen. Dat is niet verstandig. Ik ben rustig begonnen en heb steeds kleine stapjes gemaakt om ervaring te krijgen.” In de eerste jaren was er maar een doel: “Meters maken. Ik heb in 2019 heel veel gereden, bijna alle wedstrijden stonden we aan de start. Toen werd de auto er niet mooier op, maar we deden mee. Tijdens de coronaperiode had iedereen een langere periode niet gereden en maakte ik weer een stapje richting het niveau van de anderen.”
“Ik kan op een goede dag meedoen om de prijzen”
De afgelopen winter was op zijn zachtst gezegd turbulent voor Sjinkie Knegt. Tijdens de World Cup in Dresden pakte hij zilver op de 1500 meter. Niet veel later uitte hij felle kritiek op bondscoach Niels Kerstholt en de staf. Hij moest door het stof en bood zijn excuses aan, maar staat nog altijd achter zijn woorden. “Ja, zo ben ik”, is hij stellig. “Er waren goede dingen dit seizoen, maar ook slechte . Op een gegeven moment heb ik iets meer mijn eigen plan getrokken en bloeide ik weer meer op. Dat neem ik mee naar het volgende seizoen.”
Knegt is inmiddels de nestor van de nationale shorttrackselectie (NTS). “En eigenlijk ben ik ook de oudste van het hele circuit, maar op een goede dag kan ik zeker nog meedoen voor de prijzen”, aldus Knegt. “Niet elke dag hoeft een goede dag te wezen, dat is niet mogelijk.”
Aan stoppen denkt Knegt voorlopig niet, ondanks dat zijn generatie nu echt gestopt is en ook enkelen van de lichting daaronder. “Dat is jammer, maar ik vind mijn weg wel tussen die jongelingen. Zolang ik nog met plezier train en de jongens wat kan leren, vind ik het mooi om door te gaan.”
In de ons-kent-ons wereld van de autocross moest Knegt in zijn beginperiode wel vechten om respect te krijgen. “Men dacht dat alles voor mij geregeld werd, dat ik alles kocht, maar na vier jaar zijn ze er wel achter dat het niet zo is”, aldus Knegt. “Ik stoorde me daar eerst aan, ze kijken toch anders naar je. Inmiddels begrijpen ze dat ik alles zelf doe en dan krijg je ook meer respect. Dat is mooi om te zien, maar daar heb je tijd voor nodig.”
Inmiddels kan Knegt aardig mee met het niveau van de Toerwagenklasse, al geeft dat net zoals op het ijs geen garantie op succes. In Veldhoek wordt veel schade gereden, er zijn crashes en pech is een grote factor. Knegt weet er alles van. Tijdens de openingswedstrijd van het NK in Langeveen sloeg hij al in de eerste van drie kwalificatieraces over de kop. Hij haalde de finale niet. Een wedstrijd later ging de motor stuk na een veelbelovend begin van het weekend. Dat hij in Veldhoek weer aan de start stond, was een klein wonder. “Als je de juiste mensen kent voor het leveren van onderdelen, dan komt het vaak wel goed”, glimlacht Sjinkie. Ook afgelopen zaterdag ging het niet vanzelf. In de kwalificatie valt de auto uit als Knegt door een van de vele knipgaten in de baan springt. Daardoor komt hij niet als vierde maar als negende aan de finish. Het probleem (‘de auto valt dood’) achtervolgt Knegt de rest van de dag. Hij is achttiende na drie manches en dat is niet genoeg voor een plek in de finale.
Tegenslag is onlosmakelijk verbonden aan de autocross. Knegt is afhankelijk van zijn tegenstanders op de baan, ze gaan met vijftien coureurs tegelijk van start. Maar als het uiterste van het materiaal gevraagd wordt, is de scheidslijn tussen succes en schade ontzettend dun. “Ik blijf een winnaar, maar ik weet dat het in deze klasse ontzettend lastig is. Er zijn mensen met budgetten waar ik nooit tegenop kan. Dat is ook geen probleem, maar met een goed seizoen zou het mooi zijn om eens top vijf te eindigen in het klassement. Dan moet wel alles heel blijven en moet je wedstrijden uitrijden. Als je de finale haalt, is alles mogelijk.”
De beide werelden van Knegt liggen ogenschijnlijk mijlenver uit elkaar, maar er bestaan zeker overeenkomsten. "Het is een snelle, explosieve sport. Op sommige banen met meerdere lijnen heb ik zeker voordeel van mijn shorttrackervaring, dat is in de praktijk wel gebleken. Je kunt de bocht net op een andere manier aansnijden en daarmee inhaalacties plaatsen, je ziet bepaalde ruimtes eerder."
