Tickets
Shop
Nieuws 14 okt 2021

Danny Stam: ‘Om te kunnen winnen, moet ik er met de botte bijl in vliegen’

‘In het peloton staan we bekend om onze aanvalslust. Dat houden we er absoluut in!’ De tekst in de seizoengids van marathonploeg KPMS/Bouw &Techniek is al veelbelovend, maar als bijvoorbeeld nieuwkomer Danny Stam zo meteen zijn woorden echt in daden omzet, is spektakel in de Marathon Cup 2021-’22 verzekerd. “Met de botte bijl erin vliegen”, luidt zijn credo.

Foto : Neeke Smit

Remmen los, rammelen! Laat er geen twijfel over bestaan: het gehele marathonpeloton zal staan te steigeren als schuimbekkende Arabieren in hun paardenboxen, nu de eerste wedstrijd niet ver weg meer is. Eindelijk weer stampen op dat ijs, kreunen en kleunen door de bochten en toch nog kunnen ‘verdapperen’ wanneer de benen en longen allang niet meer willen. Hoewel het vast wennen wordt, hunkeren de rijders die al sinds eind februari 2020 geen marathon meer hebben geschaatst, naar actie.

In het geval van Brabander Danny Stam (beennummer 59) zal de gretigheid nog groter zijn. Hij is nieuw in de vijfkoppige formatie van KPMS/Bouw & Techniek, wat bijna automatisch betekent dat hij zich extra wil bewijzen. Overgekomen van Skate4Air – waarvoor hij nul wedstrijden heeft gereden wegens corona – bevindt hij zich nu te midden van kameraden met een soortgelijke instelling. Vol Kampfgeist, zeggen de Duitsers.

Het raakt hem dat hij zich niet een keer in een pak heeft kunnen hijsen voor een race met Skate4Air. “Zo’n leuk team, een heerlijke sfeer, echt jammer dat er geen kans is geweest. Toen de aanbieding van Bouw & Techniek langskwam, kon ik die niet weigeren. Ik ben ook ambitieus, hè, en wetend dat de faciliteiten beter waren én wat de intenties zijn van de ploeg, stapte ik over.” Hij zit, als de doordouwer pur sang, voor zijn gevoel nu helemáál op zijn plek. “Aanvallen en kansen krijgen, zo is het voor iedereen.” 

Danny Stam de treinconducteur van Bouw & Techniek.

Waar sommigen eerder geneigd zijn tegen de te verwachten machtsblokken met razendsnelle afmakers, Hoolwerf Heiwerken/AB Vakwerk (Gary Hekman), Royal A-ware (Sjoerd den Hertog) en Jumb-Visma (Bart Hoolwerf), gedoseerd offensief te rijden, is er bij Stam (24) geen houden aan. Om te winnen van die marathonfabrieken, is er een remedie: “Met de botte bijl erin vliegen. Dat is de enige oplossing. Als je die andere ploegen hun gang laat gaan, zetten ze die fantastische treintjes op. Zie er dan nog maar langs te komen. Zodra je dreigt ze te passeren, zeggen ze gewoon: ‘Dan trappen wij de motor toch nog twee slagen harder aan’. Ik denk dat we moeten aanvallen totdat ze moedeloos worden. Daar moet je verdomd sterk voor zijn, maar ik heb me dan ook niet voor niets verrot getraind afgelopen zomer.”

Op de racefiets bijvoorbeeld een kilometer of 13-14.000. Niet allemaal liepen ze even lekker. Tijdens een trainingskamp in de Franse alpen is Stam op een wel heel zeldzame nederlaag getrakteerd. Drie jaar behoort hij tot de Topdivisie, nooit ‘botste’ hij op een rijder uit zijn ploegen die beter bergop fietste. En deze zomer heeft Marco van der Tuin hem een vervelende middag bezorgd, bovendien op de ‘Nederlandse berg’, in de iconische beklimming van Alpe d’Huez. “Ik wist al dat we aan elkaar gewaagd waren. We zijn beiden ongeveer even zwaar en trappen min of meer hetzelfde vermogen. Neemt niet weg dat ik wilde winnen.” Wat Stam waarschijnlijk was ontgaan: ook Van der Tuin legde het voorheen niet een keer af tegen een teamgenoot. “Marco reed echter een betere tijdrit, hij was dertig seconden eerder dan ik op de top. Gelukkig deden we de klim naderhand nog eens en toen versloeg ik hem. Zo staan we weer mooi gelijk.”

In Amsterdam op de Jaap Edenbaan slaan de vijf van Bouw & Techniek zaterdag de handen ineen om op zoek te gaan naar de ideale ontsnapping. Of beter, dat vijftal zal de eerste drie of vier races van de Marathon Cup gereduceerd zijn tot vier, omdat fervent inlineskater Ruurd Dijkstra eerst de WK op wieltjes afwerkt in Colombia. “Het plan is ons te meten met die grote teams”, meent Van der Tuin (nummer 68), die het voorbeeld aanhaalt van Erik Jan Kooiman die in december 2019 in Breda na een sluw optreden naar de zege soleerde. “Dat was een tactische actie. Je moet er wel de benen voor hebben op zo’n moment, maar wat hij deed was er niet zomaar even in klappen. Waar het uiteindelijk om draait is hoe goed je zelf bent, want dat bepaalt hoe je in het spelletje een rol kunt opeisen. Het zijn toch echt je eigen benen die je naar de overwinning moeten brengen.”


Deel dit artikel op
Ben jij een echte schaatsfan? inschrijven als schaatsfan