De jaarlijkse wedstrijdreeks voor junioren zou eind augustus beginnen in het Canadese Richmond en telde in de maanden september en oktober nog zes wedstrijden. De top zes van elke categorie zou het dan in december tegen elkaar opnemen tijdens de finale in Beijing. Eind mei werden echter de eerste twee Junior Grand Prix al geannuleerd. Als compensatie voegde de internationale schaatsbond later een extra wedstrijd toe in oktober.
Vanwege de aanhoudende coronacrisis ging er begin juli een streep door de wedstrijd in Yokohama en een week geleden liet de Japanse schaatsbond weten geen kunstschaatsers uit te zenden naar andere landen. Een paar dagen later bracht de ISU het nieuws naar buiten dat de gehele Junior Grand Prix is geschrapt. "Het is een flinke domper, maar dit zat er wel dik in", zegt Jeroen Prins, ISU-jurylid en lid van de selectiecommissie kunstrijden van de KNSB. "Het werd langzamerhand een combinatie van onmogelijkheden", doelt hij op de verschillende aangescherpte reisrestricties en oplaaiende besmettingshaarden.
Conceptkalender
"De Nederlandse kunstschaatsers zijn pas net weer in training op het ijs en in sommige landen zijn de trainingen nu alweer gestopt", vervolgt hij. De ISU buigt zich begin augustus over de doorgang van andere wedstrijden. "Wij hebben een tijd geleden een conceptkalender gezien, maar de definitieve versie is er nog niet. Eigenlijk moet de ISU-kalender in mei uitkomen. De situatie rondom het coronavirus verandert elke dag. Sinds juni is er nog wel een horizon om naar uit te kijken, maar er staan geen stippen meer op. Die verdwijnen langzaam of veranderen van kleur", illustreert Prins.
"Het vele reizen is denk ik een van de grote struikelblokken. Ik zou mij kunnen voorstellen dat er straks eventueel wedstrijden binnen een continent worden gehouden. Met een beperkt aantal landen en op een redelijk centrale locatie, bijvoorbeeld Oberstdorf in Europa, kunnen de rijders zodoende in ieder geval wat wedstrijdritme opbouwen. Daarnaast zal er gekeken moeten worden naar andere coronaproof alternatieven."
Voor de Junior Grand Prix beschikte Nederland over vier startplekken, maar de selectiecommissie van de KNSB had nog geen knoop doorgehakt over wie er zouden worden uitgezonden. Er waren meerdere rijders die voldeden aan de kwalificatie-eisen, maar ook de onzekerheden vanuit de ISU speelden mee in de selectie. Normaal gesproken werden de wedstrijden verdeeld en toegewezen aan landen, maar die beperking liet de ISU op een gegeven moment los. "Het was zelfs even de vraag of alle startplekken behouden werden, want we gingen ineens van zeven naar vijf Junior Grand Prix's. Onze insteek was in ieder geval om alle plekken te benutten, want de rijders zijn er klaar voor", aldus Prins.
Blijven trainen
Eén van de kunstschaatsers die in aanmerking kwam voor deelname aan de Junior Grand Prix is Lindsay van Zundert. De 15-jarige Etten-Leurse debuteerde afgelopen seizoen in dit internationale circuit, prolongeerde in februari haar Nederlandse titel bij de junioren en reed het WK junioren in Tallinn. "Ik vind het heel jammer dat de Junior Grand Prix niet doorgaan, want ik had er wel op gerekend en ik was druk bezig met de voorbereiding", vertelt ze. "In mijn achterhoofd hield ik rekening met het cancelen van wedstrijden, maar ik had niet gedacht dat ze allemaal afgelast zouden worden. De wedstrijd in Japan had ik graag willen rijden, dat leek me een gave ervaring."
De wedstrijdfocus moet nu een stukje verder worden gelegd, maar voor de rest verandert er naar eigen zeggen niet veel voor Van Zundert. "Ik ga gewoon door met trainen. Wij zijn nu met de auto onderweg naar Courchevel voor een trainingsstage van een week", zegt ze aan de telefoon. "Ik krijg een nieuwe korte kür, die wordt tijdens deze stage in Frankrijk gemaakt. De komende tijd kan ik daar mooi aan werken zodat ik er klaar voor ben als de wedstrijden beginnen."
"Het grootste doel voor komend seizoen is een triple-triple combinatie springen. Tijdens trainingen proberen we verschillende combinaties uit", vertelt Van Zundert. Dit jaar zal de Brabantse ook voor het eerst wedstrijden rijden in de seniorencategorie, waar een aantal andere regels gelden dan bij de junioren. "Bij de senioren duurt een vrije kür een stuk langer dus daar moet nog een nieuw stukje bij", legt ze uit. "De korte kür blijft wel hetzelfde qua elementen."
"We hebben eerst een vrije kür gemaakt op basis van de Junior Grand Prix en verder nog niet naar de senioren gekeken. Normaal gesproken gingen we ook drie weken naar Courchevel, maar omdat ik mij moest voorbereiden op de lange kür zijn we langer in België gebleven. Het is wel jammer dat je al die tijd hebt gestoken in trainingen voor de Junior Grand Prix en dat ze nu niet doorgaan, al hadden wij dat natuurlijk ook niet kunnen weten. Ik hoop dat de seniorenwedstrijden wel gewoon doorgaan."
