Het is een lastig onderdeel, ook voor een meer dan ervaren inlineskatester als Manon Kamminga. Met vijf of zes teams in de baan is ervaring een vereiste. De eerste tip van Kamminga is dan ook om veel te oefenen. "Voor een goede aflossing moeten rijders een beetje op elkaar ingespeeld zijn", zegt ze.
In een drukbevolkte baan kan de positie van rijders in een aflossingsvak namelijk nog weleens veranderen, bijvoorbeeld door een concurrent die naar binnen schiet. "Daarom is het heel belangrijk om goed te kijken. Ik zie aan één slag van mijn ploeggenoten direct naar welke kant ze gaan voordat ze mij willen afduwen."
Zodra Kamminga haar deel gereden heeft, remt ze een beetje af, maar ze brengt zichzelf nooit volledig tot stilstand. "Dat zou betekenen dat ik bij de volgende wissel weer moet accelereren of zelfs volle bak moet sprinten en dat vind ik niet fijn. Door te blijven rijden bespaar ik energie."
Ideale duw
Een ideale duw bij het aflossen op inlineskates gaat met een been naar voren en niet zoals meer voor de hand liggend lijkt met twee benen naast elkaar. Kamminga: "Net als met een elastiek haal je er op een been meer kracht uit." Kamminga en haar ploeggenoten komen op het aflossingsvak aangereden, plaatsen beide handen op de onderrug of bovenkant van de billen van de volgende die aan de beurt is en laten de duw samenvallen met de afzet van de laatste skeelerslag.
En een laatste tip van Nederlands succesvolste inlineskatester: "Stop niet na de bocht al met afzetten omdat je moet wisselen, maar blijf doorrijden naar je ploeggenoot. En hoe vaak je het ook al gedaan hebt: blijf oefenen!"
Meer tips lezen? Je vindt ze op schaatsen.nl/tips.
