Hoewel de finale van de seizoensopener slechts een schamele ronde duurde, stond hij er toch maar mooi tussen. Jenning de Boo wist zich geflankeerd door Vladislav Bykanov en NTS'ers Dennis Visser en Friso Emons op de 1000 meter. De finale werd als gevolg van een valpartij van Jens van 't Wout al na een ronde stilgelegd, toch is De Boo enigszins trots. "Ik vond het heel gaaf om tegen hen te mogen rijden, ook al was het maar van korte duur", klinkt het.
Voor de echte shorttrackkenner is De Boo al een bekende naam. In de afgelopen twee jaar wist hij diverse keren te winnen in de Europese competitie en afgelopen maart pakte hij ook de eindzege bij de Europa Cup finale. Deze zomer stapte hij over van het Gewest Fryslân naar het RTC Noord/Wadro, waar hij nu onder leiding van coach Dave Versteeg verder bouwt aan zijn topsportcarrière.
Reuzenstappen
Want de junior ziet zichzelf echt al als topsporter. De Groninger verruilde dit jaar zijn ouderlijk thuis voor een gastgezin in Oranjewoud, waardoor zijn vader niet meer twee keer een half uur naar de ijsbaan heen en weer moest rijden. De scholier traint nu twee keer op een dag en doet tussendoor de vijfde klas van het vwo in Heerenveen. "Ik heb nu acht vakken en dat moet ik af krijgen in de drie uur tussen mijn trainingen. Het werk dat ik niet af heb, neem ik mee naar huis. Tot nu toe gaat het heel goed, maar naar mate je meer mist wordt het wel lastiger."
De stap van het Gewest naar het RTC is groot voor de jongeling. Waar hij eerder een uur op een dag trainde, is dat nu twee keer anderhalf uur. "Het is een enorme verandering", geeft De Boo aan. "We staan meestal een keer per dag op het ijs en doen verder ook veel andere trainingen. Kracht, hardlopen, wielrennen, maar ook yoga of ijshockey." Ook staat de ploeg nog regelmatig op de 400-meterbaan. "Dat wil ik ook onderhouden en het helpt ook nog eens bij het shorttrack."
In de eerste wedstrijd van het seizoen liet De Boo direct zien dat de extra trainingen zijn vruchten hebben afgeworpen. "Je doet zoveel meer en dat merk je meteen. Ik rijd hier vier seconden van mijn persoonlijk record op de 1000 meter af. Dat geeft meteen een goed gevoel en je merkt het verschil ten opzichte van vorig jaar. Je doet andere dingen, het is zwaarder en ik heb ook meer slaap nodig. Lig veel vroeg in bed."
Olympische Spelen
Het ultieme doel van de jongeling is natuurlijk schitteren op de Olympische Spelen, al realiseert hij zich ook dat het nog wel een aantal jaar zal duren voordat die droom kan uitkomen. Eerst wacht een trainingskamp naar het Italiaanse Bormio, waar later in het seizoen ook het WK voor junioren gehouden zal worden. Het belangrijkste doel komende winter zijn echter de Jeugd Olympische Spelen in Zwitserland.
De concurrentie voor die wedstrijd is echter groot. Naar typisch Nederlands gebruik wordt er een kwalificatiewedstrijd gehouden, waar de schaarse tickets voor het prestigieuze toernooi verdeeld gaan worden. Naast zijn goede vriend, leeftijdgenoot en grote concurrent Ted Dalrymple doen er ook jongens mee die twee à drie jaar ouder zijn. De Boo ziet het met vertrouwen tegemoet. "Ik ga mijn stinkende best doen om daar naar toe te gaan en hopen dat het goed uitpakt in de races. Want in shorttrack kan alles gebeuren."
