Prinsen kijkt uit naar het toernooi dit weekeinde in Dordrecht. “Vorig jaar zat ik als toeschouwer op de tribune bij het EK. Ik heb toen gezien hoe ze het hier aanpakken, echt supergaaf. Ze maken er een spektal van, zoals shorttrack eruit hoort te zien. En het zit vol met publiek”, aldus Prinsen. “Dat ik daar nu tussen mag rijden is ontzettend mooi.”
Voor de 21-jarige shorttracker, die vorig jaar nog WK-brons won op de aflossing, was de vijfde wereldbeker afgelopen weekeinde in Dresden zijn eerste internationale optreden van het seizoen. In de Duitse stad kwam hij twee keer in actie op de aflossing, maar het Nederlands team liep een straf op waardoor de ploeg niet in de finale stond.
Prinsen baalde ervan, vooral voor de ervaring. “Het was een beetje een dubieuze penalty. Zoveel kansen krijg je niet om op de relay te rijden. In de B-finale mochten we ook niet meer starten, dus het is gewoon een race die je mist.”
Technische sport
Aan het begin van het seizoen liep de Invitation Cup in Dordrecht helemaal de mist in. Prinsen eindigde slechts als 32e, waardoor hij zich niet wist te plaatsen voor de eerste wereldbekers. Een materiaalwissel aan het einde van de zomer pakte niet goed uit. “Schaatsen is een technische sport. Als je schaats niet lekker loopt, dan wordt het zwaarder”, kijkt Prinsen terug.
Met een grote groep jonge jongens onder de drie topshorttrackers is het niet makkelijk om kwalificatie voor de Nederlandse ploeg af te dwingen. “Het zit dichtbij elkaar en het niveau in Nederland wordt steeds hoger. Maar ik denk dat ik er absoluut tussen hoor. In het begin van het seizoen ging het mis, maar als alles goed gaat, dan leer je er ook niets van.”
Een fikse tegenvaller voor Prinsen, maar de knop ging al snel om. “Ik heb in alle rust naar het NK toe kunnen werken en kon gewoon mijn tentamens maken voor mijn studie werktuigbouwkunde, dus dat was weer een voordeel”, bekijkt hij het nuchter. “En ik kon mooi meedoen aan de Nederlandse kampioenschappen mass-start, dus het was niet helemaal verloren.”
Aflossing is spektakel
Nu hij er weer bij is, hoopt Prinsen in Dordrecht op een individuele afstand door te kunnen dringen tot het hoofdtoernooi. Maar de nadruk ligt voor hem op de aflossing. “Het is het mooiste onderdeel om te rijden. Met zestien man op het ijs is het altijd spektakel en het gaat continu hard”, stelt Prinsen, die met de ploeg mikt op een overwinning in eigen huis.
Met het uitvallen van de ervaren Daan Breeuwsma, die het slot van het schaatsseizoen mist door een knieoperatie, zijn er nog drie plaatsen in het team te verdienen voor de wereldkampioenschappen. Prinsen zou graag met de Nederlandse ploeg naar Seoul afreizen, maar probeert zich daar niet te veel mee bezig te houden. “Als ik daaraan denk, dan ga ik niet harder schaatsen. Ik ben vooral bezig met hoe we de race kunnen winnen, hoe ik een nog betere duw kan geven”, legt Prinsen uit. “Ik wil gewoon hard schaatsen en dan hoor ik daarna wel of ik ga.”
Zenuwen verdwenen
Op de relay in actie komen met ervaren mannen als Sjinkie Knegt en Freek van der Wart, die in 2014 al wereldkampioen waren op dit onderdeel, brengt de nodige druk mee. Als nieuwkomer moet je gelijk kunnen meeschaatsen om de prijzen. “Ik ben altijd wel zenuwachtig”, zegt Prinsen. “Maar zodra ik mijn veters heb gestrikt en op het ijs stap, dan zijn alle zenuwen verdwenen. Je weet wat je moet doen.”
Voorlopig is zijn taak op de relay overzichtelijk: de positie van het team in de race vast te houden. “Sjinkie is de man die het af moet maken. De rest moet werken en Sjinkie zoveel mogelijk sparen voor de laatste wissel.” In de toekomst hoopt Prinsen nog belangrijker te kunnen worden voor het team, daarvoor is het opdoen van ervaring belangrijk. Want hoe comfortabeler je je op het ijs voelt, hoe makkelijker je acties kan maken.
“Ik moet een betere schaatser worden. Hoe makkelijker je schaatst, hoe makkelijker je op verschillende manieren kan inhalen”, legt Prinsen uit. “En zelf meer keuzes gaan maken in de wedstrijd. Aanvoelen hoe het verloop is en op het juiste moment naar voren gaan, of een gaatje slaan.”
