Hoe beter hij rijdt en hoe minder tegenstand hij heeft, des te tevredener is Kramer. Toch verwacht de LottoNL-Jumborijder dat het in Berlijn geen saai toernooi zal worden, hoe graag hij dat ook wil. Met name van Sverre Lunde Pedersen verwacht hij tegenstand.
De Noor werd ook in de aanloop naar het ISU EK in Minsk tot de grootste concurrent van Kramer gebombardeerd, maar moest zich vlak voor dat toernooi afmelden met griep. Nu lijkt Pedersen juist fit te zijn. “Hij heeft in Inzell snel gereden”, aldus Kramer.
Met Denis Yuskov houdt Kramer geen rekening omdat diens coach Kosta Poltavets tegenover de NOS al liet weten dat de Rus hoogstwaarschijnlijk de tien kilometer zal laten schieten. Onbegrijpelijk vindt Kramer dat. En slecht voor het toernooi. “Als hij nu al afzegt voor de tien dan kan je je afvragen of hij überhaupt wel moet starten”, zegt Kramer. “Hij kan het me heel moeilijk maken. Als hij 35 laag rijdt op de 500 meter dan krijg ik een lastig weekend.”
Zuur voor Roest
Het is ook zuur voor zijn ploeggenoot Patrick Roest. Hij staat eerste reserve en als er een land een startplek inlevert mag hij starten. Het stoort Kramer daarom dat een man als Yuskov wel een startplek inneemt, maar al laat weten het toernooi toch niet te willen volbrengen.
Het past in de trend dat het WK Allround aan belang lijkt in te boeten, iets wat door de wisseling van WK Afstanden en WK Allround in de kalender alleen maar versterkt wordt. Zelfs Kramer, die het allroundkampioenschap altijd als het hoogtepunt van zijn seizoen beschouwde, merkt dat zijn aandacht naar de afstandskampioenschappen verschuift.
“Voorheen was het WK Allround belangrijker dan de WK Afstanden, maar nu is dat omgekeerd”, geeft hij toe. “Ik merk dat de spanningsboog na de WK Afstanden wel wat afloopt. Daar komt nog bij dat als de WK Afstanden niet liepen ik misschien een gevoel van revanche had gehad, maar dat is nu zeker niet het geval.”
Meegezogen
In de voorbereiding op de Spelen van Pyeongchang winnen de afstandskampioenschappen alleen maar aan gewicht, ook voor Kramer. “Ik word ook meegezogen in die ontwikkeling en ik zal niet ontkennen dat de WK Afstanden voor mij steeds belangrijker worden omdat de Spelen ook in februari zijn. En volgend jaar zijn de kampioenschappen bovendien in de olympische hal.”
De man die het allrounden altijd zo hoog had zitten kan dus niet anders dan concluderen dat ook hij in de specialisatiekoorts mee gaat. Dat merkt hij al in zijn streven om betere 1500 meter te kunnen rijden. Met het huidige niveau van de 5000 en 10.000-meterrijders kan hij het zich niet veroorloven om meer aandacht aan de schaatsmijl te besteden.
Ondanks dat is Kramer voor het komende WK absoluut de topfavoriet. Dat is een rol die hij al jaren gewend is te spelen. “Iedereen verwacht dat ik win, dus ik kan alleen maar tegenvallen”, legt hij uit. Maar omdat hij al zo vaak in die positie heeft gezeten deert het hem nauwelijks nog. “Ik zou het graag willen, maar een andere manier is er niet.”
