De afgelopen jaren liepen de inkomsten van de KNSB terug van 16 tot 12,5 miljoen. Die forse vermindering van het budget kon niet zonder gevolgen blijven. Onder andere een personeelsinkrimping van dertig procent het bondsbureau is het gevolg. In de aanloop naar het nieuwe boekjaar – dat bij de KNSB in juli begint – is de bond bovendien met een stofkam door de eigen begroting gegaan.
“We gaan binnenkort de Ledenraad informeren over de begroting waarin forse bezuinigingen zijn opgenomen”, zegt Fledderus. “We zijn door alle budgetten heengegaan en hebben daar waar het kan een tandje minder geschakeld. Tegelijkertijd hebben we alle disciplines – zowel top- als breedtesport – overeind gehouden en ook talentontwikkeling, want dat is altijd nog belangrijk voor ons.”
Er is minder capaciteit en minder geld en dat heeft gevolgen voor de dienstverlening van de KNSB. Daar waar de schaatsbond in het verleden bijvoorbeeld veel kennis, tijd en energie voor clubs en ijsbanen in huis had, zal het in de toekomst proberen dat meer in samenwerking met de verenigingen, gewesten en ijsbanen op te pakken. Zo zullen de gevolgen voor de gemiddelde schaatser meevallen, denkt Fledderus. “Een normaal clublid merkt niet zoveel, behalve misschien dat ie in plaats van 5 straks 7,5 euro per jaar moet betalen en dat er nog altijd activiteiten zijn (en steeds meer komen) die leuk en interessant voor hem zijn. Zo komen we binnenkort met een app die veel kan betekenen voor de schaatsers op de ijsbanen.”
Aanpassen
De kleinere beurs van de KNSB is op hoger organisatorisch niveau ook voelbaar. De bond vraagt heel bewust aan andere partijen om de lasten daarvan gezamenlijk te dragen. Het is aan Fledderus en de zijnen om die boodschap aan de partners en betrokkenen bij de KNSB te verkondigen. “Het is belangrijk om eerst weer stabiliteit te bereiken”, zegt hij. “Als schaatsbond en schaatssport moeten we ons aanpassen aan de nieuwe situatie. En dat allemaal in vrij korte tijd.”
Dat gaat natuurlijk niet zonder slag of stoot, geeft de bondsdirecteur toe. “Het is heel moeilijk om een stapje terug te doen, maar iedereen snapt dat het anders wordt als je ruimte van 16 naar 12,5 miljoen gaat. We vragen we onder andere de teams en schaatsers ook om mee te doen. Dat vinden ze niet fijn, maar ze snappen dat we iets moeten.”
“Het is allemaal net een tikje minder, een tikje zuiniger. Er is geen ruimte voor luxe dingen en ook niet overal meer tijd voor”, aldus Fledderus. “Toch merken ook veel partijen dat we nu juist meer tijd in overleg met ze steken, bijvoorbeeld de commerciële teams, de atleten en de Gewesten.” Zo is er, om in deze tijd de achterban goed aangesloten te houden, binnenkort een extra ledenraad om de begroting te bespreken.
De KNSB krijgt regelmatig tegengas, dit voorjaar nog van onder anderen scheidend sponsorbaas Kees Verpalen, directeur van beslist.nl, die ontevreden was over de nieuwe licentiestructuur en van Sven Kramer rondom de kleinere prijzenpot voor hem en zijn collega’s. Toch heeft Fledderus het gevoel dat de meeste betrokkenen welwillend staan tegenover de toekomstplannen van de KNSB en actief mee willen doen om het schaatsen de positie te geven die het verdient.
“Ik heb het idee dat we kracht aan het terugwinnen zijn. We stonden in het verleden als autoritair bekend, maar hebben daarna onze koers gewijzigd naar een model met meer samenwerking. Het besef moet er dan wel zijn dat je dan inderdaad zaken samen wilt oppakken en dat zie je bij steeds meer partijen om ons heen ontstaan.”
De Nederlandse schaatssport staat er volgens de KNSB nog altijd goed op. De schaatsers en skaters behoren tot de wereldtop en in de winter is schaatsen na voetbal de best bekeken sport met 4,5 miljoen schaatsfans. Tienduizenden kinderen maken jaarlijks kennis met de sport en een half miljoen Nederlanders bezoekt regelmatig de ijsbaan.
Toekomst
Op dit moment is de KNSB volop bezig met de plannen om die populariteit en het succes ook in de toekomst vast te kunnen houden of te vergroten. In dat kader lopen de gesprekken met de teams rondom de licenties, net als met hoofdsponsor KPN om het contract met nog eens twee jaar te verlengen. Fledderus is daar optimistisch over.
Daarbij is de bond hard bezig om een nieuw bestuursmodel van de grond te krijgen. In dat model wordt het huidige bestuur vervangen door een directeur-bestuurder en een raad van toezicht. “De organisatie moet slagvaardiger worden”, legt Fledderus uit. Met een directeur-bestuurder ligt de beslissingsbevoegdheid op het bondsbureau, de professionele organisatie binnen de KNSB. “Op die manier kunnen partners directer zaken doen.”
Het nieuwe bestuursmodel wordt in oktober na het afsluiten van het financiële jaar geïnstalleerd. Dan is ook de reorganisatie van het bondsbureau afgerond, zijn de licenties aan de commerciële teams op basis van de nieuwe regels verdeeld en is de KNSB klaar voor de komende winter en de winters daarna, benadrukt Fledderus. “En dan hoop ik dat er flink wat vorst komt. Dan gaan we eens wat anders beleven. Het zou mooi zijn als die vibe komt: we gaan het ijs weer op. Daar zit iedereen ’s winters op te wachten.”
