Tijdens de KNSB Cup in Groningen waren niet alleen startplaatsen te verdienen voor het eerste ISU World Cup blok, maar stond voor de beste meest bijzondere prestatie op een van de afstanden ook de KNSB Cup op spel.
Om te bepalen wie de KNSB Cup, die op IJsbaan Kardinge voor de tweede keer werd uitgereikt, zou krijgen, was een jury samengesteld bestaande uit twee oud-topschaatsers (Margot Boer en Stefan Groothuis) en twee statistici (Nol Terwindt en Marnix Koolhaas).
De prestaties in Groningen werden door de jury beoordeeld op meerdere punten: o.a. hoe de gereden tijden zich verhouden tot de snelste tijden door Nederlanders gereden op Nederlands ijs, de progressie die een rijder vertoont en daarmee zich meldt aan de wereldtop en de verrassing van de prestatie.
Na afloop van de wedstrijden werden de volgende rijders genomineerd: - Sven Kramer voor zijn prestatie op de 5 kilometer - Patrick Roest voor zijn prestatie op de 1500 meter - Kai Verbij voor zijn prestatie op de 1000 meter.
De meerderheid van de jury besloot om de KNSB Cup (een wisselprijs) aan Patrick Roest toe de kunnen. Aan die beslissing lagen drie redenen ten grondslag: Patrick Roest heeft als tweedejaars neo-senior met zijn prestatie op de 1500 meter een enorm stap richting de wereldtop gemaakt. De Zuid-Hollander reed met 28.1 de allersnelste laatste ronde van iedereen en de jury acht hem in staat om in 2018 bij de Spelen de gedoodverfde favoriet Denis Yuskov te verslaan.
