Knegt ontwikkelt zich als een alleskunner met een voorkeur voor de kilometer. Dit seizoen scoorde hij op die afstand drie uit drie. Maar ook op de 1500 meter en de sprint pakt de voormalig Europees kampioen zijn medailles. In de ogen van Knegt ontbreekt het echter nog aan één belangrijke voorwaarde. “Mijn opening is niet goed genoeg.”
Het was de reden voor Knegt om zijn zilveren sprintmedaille te beoordelen als ‘aardig’. Toch kon hij allerminst ontevreden zijn. In de finale versloeg hij gelauwerde sprinters: de wereldkampioen Dajing Wu en de olympisch kampioen van Vancouver, Charles Hamelin.
Ook dit keer moest hij het bij de start echter afleggen ten opzichte van de andere drie rappe mannen. “Ik moest van ver komen. Dit was puur op klasse”, constateerde Knegt, die met twee magnifieke passeerbewegingen opschoof naar het zilver. “De anderen vallen met anderhalve ronde te gaan stil. Dan ben ik op mijn best.”