Na zestien ronden kwam het op het ijs van De Westfries aan op een sprint. Mariska Huisman bleek daarin sneller dan Carla Ketellapper-Zielman en Foske Tamar van der Wal. ’’Dit was waar het vanavond om ging’’, stelde Huisman nuchter vast. ’’Bij de vorige wedstrijd in Den Haag viel ik nauwelijks op, werd ik vijfde. Maar je moet er toch echt eentje winnen om je te kwalificeren voor die voorselectie.’’
Huisman heeft de mass start hoog zitten. Niet vreemd, want ze legde al eens beslag op de wereldbeker op dat destijds nieuwe onderdeel en reed ook in het tweede seizoen alle World Cups. ’’Het is hartstikke leuk om te doen en ik wil ook zeker heel graag starten in die wereldbekerwedstrijden.’’
Daarvan is ze nu nog allerminst zeker. Een overwinning in de competitie is mooi, maar geeft geen enkele garantie. ’’Er rijden nu ook nog een paar meiden in Azië rond die goed zijn op dit onderdeel. Ook zij doen straks mee om de plaatsen in de World Cup, waar per land maar twee rijdsters mogen starten. Ik denk dat er uiteindelijk vijf meiden in die voorselectie zitten. We zullen zien hoe het dan gaat.’’
