Hoe overleg je tijdens een marathon? Brul je door het peloton in een poging je ploeggenoot te bereiken? Of fluister je, in de hoop dat de ander het hoort? In deze tips en trucs bespreekt Crispijn Ariëns de tactiek tijdens een marathon en manieren om te overleggen.
Crispijn Ariëns | Foto: Neeke Smit
"Overleggen?", vraagt Ariëns. "Dat doe je heel veel." Met de coach, met de rijders zelf, er is continu communicatie tijdens een wedstrijd. "Overleg is alles. Dat moet", zegt hij heel beslist.
Als het om een overleg met zijn ploeggenoot Gary Hekman gaat, dan is het vaak kort maar krachtig. De twee rijders van Team Van Werven kennen elkaar al zo lang, "we hoeven elkaar maar aan te kijken, of maar een woord te zeggen en we weten wat we bedoelen", aldus Ariëns.
Daarnaast is de tactiek bij een kopgroep waar Ariëns en Hekman allebei deel van uitmaken heel erg voorspelbaar maar logisch: "Ik moet zorgen dat ik wegkom, als dat niet lukt, trek ik de sprint aan voor hem. Dan heb ik er honderd procent vertrouwen in hij die sprint ook wint. Dan ben ik net zo blij als wanneer ik zelf had gewonnen", zegt Ariëns.
Verrassingselement
"Maar nieuwe mensen in de ploeg moet je soms wel aansturen. En als diegene het dan nog niet snapt, roep je het later nog een keer." Dat betekent niet dat Ariëns doorgaans maar door het peloton zit te roepen wat de volgende tactiek van de ploeg is. Dan blijft er geen verrassingselement over.
Ariëns kiest er meestal voor om even achter het peloton te gaan rijden. Daarnaast zijn veel belangrijke strategieën vooraf al besproken tijdens het teamoverleg. "En je voelt zaken vaak ook wel aan." Laatst reed Ariëns samen met Jordy Harink in de kopgroep tijdens een skatemarathon. "Dan trek ik hem aan zijn heupen tien meter achter de groep, leg uit wat we gaan doen en rij hem vervolgens weer terug naar de groep om het plan uit te voeren."
En hoe zit het met tactiek? De eerste tip van Ariëns is even simpel als lastig: de finish is pas na 42 kilometer. Kortom, durf te vertrouwen en verspil niet onnodige energie in het begin van de wedstrijd, terwijl het cruciale moment pas later plaatsvindt. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan.
Het allerbelangrijkste bij het rijden van een marathon is volgens Ariëns om controle te houden. "Je hoeft de wedstrijd niet in de eerste kilometers te beslissen, dus ga niet gehaast dingen doen. Uiteindelijk is het vaak zo dat de uitslag van de wedstrijd pas in de laatste twee rondes wordt bepaald", aldus Ariëns.
Ploeggenoten verzamelen
"Een tactiek is om goede ploeggenoten om je heen te verzamelen. Ploeggenoten zijn cruciaal", zegt hij. Al erkent Ariëns dat een rijder dat niet altijd zelf in de hand heeft. Hij maakt onderdeel uit van Team Van Werven, waar hij onder meer rijdt met Hekman, Harink en Rob Hadders. "In Nederland hebben wij bij het skeeleren het sterkste team. Ik kan erop vertrouwen dat Rob de kopgroep dichtrijdt", zegt Ariëns daarover.
Wie niet op een arsenaal aan sterke ploeggenoten kan rekenen, kan volgens Ariëns overwinnen met één middel: "Door goed op je intuïtie af te gaan en keuzes te durven maken." En daarmee doelt hij op vragen als: bij welke kopgroep ga ik mee en welke vluchters laat ik lopen?
"Het kan zo zijn dat je bij tien kopgroepen meegaat, vervolgens de elfde mist en dat de winnaar daar net bij zat", zegt hij. Degene die het andersom doet heeft zeer waarschijnlijk een aardig ontwikkelde intuïtie, of een flinke dosis geluk.
En zorg dat je beschikt over een goede ploegleider, want zijn rol is erg belangrijk. "Hij kan alles aangeven. Liefst zoveel mogelijk", zegt Ariëns. En hij somt op: "Of een gat groter wordt, wie moe is. Of er moet worden doorgereden, of niet. Hij ziet het complete plaatje en is vaak in staat om meer te zien dan degene die op dat moment in de kopgroep rijdt."
